Spencer Schols is CEO van CIRC en het brein achter de BioTransformer: een volledig geautomatiseerde vergister waarmee uit gfe-afval (groente-, fruit-, en etensresten) duurzaam biogas wordt teruggewonnen. Het biogas kan worden gebruikt in verwarmingsinstallaties, kookprocessen en ovens. De belangstelling van hotels, restaurants, recreatieparken, zorglocaties, ziekenhuizen en wellnesscentra is enorm. De eerste BioTransformers van CIRC draaien al, eind 2022 zullen er naar verwachting tientallen verkocht en geplaatst zijn. De hoogste tijd om Schols te vragen naar zijn duurzame drive en de manier waarop zijn vinding tot stand kwam. En om te luisteren naar zijn vurige pleidooi voor decentrale, liefst lokale opwekking van duurzame energie.

Eerst even de BioTransformer in het kort. De computergestuurde biovergister zet 1 kilo gfe om in 350 liter biogas en 1 liter biowater. Met de eenvoudige koppeling aan een technische installatie kun je het biogas gebruiken om te verwarmen, te koken of om ovens te laten draaien. Het levert enorme energie- en kostenbesparingen op. Om een idee te geven: op slechts 1 bananenschil kun je maar liefst 20 minuten koken. CIRC richt zich met de duurzame vinding in eerste instantie op partijen die dagelijks grote hoeveelheden gfe-reststromen afvoeren. En dan met name in de bakkerijen, horeca, recreatie, zorg en wellness.

Groene afvalstromen

‘Het zaadje voor de BioTransformer heb ik onbewust jaren geleden al geplant’, vertelt Schols. ‘Het idee ontstond toen ik ooit in gesprek raakte met een hoteleigenaar aan de Turkse Rivièra over zijn groene afvalstromen. Hij voer zijn gfe-afval met een boot een eind de zee op, om het zaakje daar te dumpen. Het was illegaal, uiterst milieuonvriendelijk en kostte hem tijd en geld. Ik zei: waarom graaf je bij je hotel geen kuil? Gooi je gfe erin, koeienvlaai erover en laat het vergisten. Zo kun je je eigen gas opwekken. Een tijdje later sprak ik hem weer. Hij had een paar allesbranders op zijn nieuwe gfe-systeempje aangesloten en verwarmde zo gratis het zwembad van zijn hotel.’

Duurzame drive

Schols was lange tijd internationaal projectleider op het gebied van duurzame energiesystemen. Een wereld waarin hij in de jaren negentig na zijn studie Bouwkunde en Bouwfysica in Eindhoven direct zijn passie voor duurzame oplossingen vond. ‘Ik werkte voor grote, internationale concerns. Ik was verantwoordelijk voor innovatieve projecten en reisde daarvoor de hele wereld over. Prachtig werk en een heerlijk leven. Maar gaandeweg merkte ik dat bij die grote bedrijven het verdienmodel vóór een duurzame oplossing en het effect op milieu en klimaat uitging. Terwijl ikzelf gedreven word door het idee dat ik met slimme, duurzame oplossingen de wereld een beetje mooier kan achterlaten voor volgende generaties. Vanuit het geloof dat als je dát eerst goed doet, het geld verdienen vanzelf wel komt. En dus nam ik van de een op de andere dag ontslag en keerde terug naar Nederland.’

Proefopstelling met verbluffende prestaties

Schols ging verrassend genoeg aan de slag in de sociale huursector en stuitte ook daar binnen no time weer op zijn grote passie. ‘Een van mijn nieuwe projecten was een vastgoedcomplex dat we vanuit allerlei duurzame bronnen energieleverend wilde maken. Denk aan de wind, de zon, de buitenlucht. En ik moest ineens denken aan de tip die ik ooit aan die Turkse hoteleigenaar gaf. Alle bewoners van dit complex hadden immers ook gfe-afval. Als we daar nu eens door vergisting energie mee zouden kunnen opwekken …’.

Schols ontwikkelde samen met bevriende partners uit de vastgoed- en installatiewereld een proefopstelling en sloeg aan het testen. ‘Wij deden wat in mijn ogen veel te weinig wordt gedaan: niet eindeloos praten, maar doen. Het gfe-resten haalden we gewoon op bij de lokale groenteboer. Het resultaat was verbluffend. Met onze eenvoudige vergister wekten we in verhouding maar liefst drie keer zoveel duurzaam gas op ten opzichte van grote, gangbare vergistingsinstallaties. Bovendien hielden we er ook nog eens biowater aan over, dat de meest rijke plantenvoeding bleek te zijn die je je maar kunt bedenken.’

Voordelen voor de klant

Financiers raakten enthousiast en Schols richtte in 2019 CIRC op. ‘Onze BioTransformer hebben we doorontwikkeld en wordt inmiddels geplaatst in diverse varianten met een verwerkingscapaciteit van 30 tot 600 kilo groente -, fruit- en etensresten’, vertelt Schols enthousiast. ‘De grootste winst zit natuurlijk in de enorme besparing op energie die je met de BioTransformer kunt bereiken. Maar het systeem kent ook tal van aantrekkelijke features. Zo wordt de BioTransformer afhankelijk van toepassing, situatie en klantwens op  maat gemaakt. Het systeem draait op slimme, zelflerende software, waardoor de BioTranformer zichzelf steeds verder verbeterd. Bovendien leren al onze BioTransformers via de cloud van elkaar. Prestaties, zoals de hoeveelheid verwerkte gfe-afval en de hoeveelheid opgewekt biogas en biowater, zijn door de klant te monitoren via de bijbehorende, beveiligde app. Beeldherkenning via een camera en sensoren leveren data op over bijvoorbeeld de samenstelling van het gfe. Daarmee kan de klant binnenkort sturen op de efficiency van zijn inkoop.’

Duurzame impact op vele fronten

Inmiddels torenhoge energieprijzen maken de BioTransformer een uiterst aantrekkelijke, kostenbesparende oplossing. ‘Tegelijkertijd dringen we het gebruik van fossiele brandstoffen terug en dragen we bij aan het sluiten van de CO2- en stikstofkringlopen’, benadrukt Schols. ‘En vergeet niet dat je al het gfe-reststromen circulair niet meer hoeft te transporteren en af te voeren. Ook daarmee maken we met de BioTransformer duurzame impact. Verder is het biowater dat na vergisting met de BioTransformer wordt teruggewonnen van geweldige kwaliteit. Het kan dienen als rijk voedingsmiddel voor planten, als bodemverbeteraar en als toekomstige vervanger van kunstmest. Bedenk dat 8% van onze totale gasvraag voortkomt uit kunstmestproductie. Tel uit je winst, in milieu-impact én in euro’s.’

Wereld te winnen

Schols wijst erop dat in Nederland nog slechts 50% van alle gfe wordt ingezameld. ‘Er valt dus nog een wereld te winnen, met name in de grote steden.’ Ook ziet hij volop andere kansen. ‘Denk aan de inzet van uit gfe teruggewonnen energie voor bijvoorbeeld absorptiekoeling. En een variant voor thuis in het keukenkastje? Wij zijn daar klaar voor zodra ook bio-afbreekbare verpakkingen ingeburgerd raken. Dan heb je namelijk ook thuis voldoende input om je eigen biogas op te wekken en kun je van het aardgas af. De toepassingsmogelijkheden zijn dus eindeloos.’

Pleidooi voor decentrale opwekking

De BioTransformer is volgens Schols een van de vele oplossingen om te komen tot de gestelde klimaatdoelen. ‘We bewijzen er óók mee dat we in Nederland en de rest van Europa vol moeten inzetten op de decentrale opwekking van duurzame energie. De incentive komt dan direct bij degene terecht die investeert en gebruik maakt van zijn eigen bron, in dit geval zijn eigen gfe. Verduurzamen wordt daarmee aantrekkelijk. En dat is essentieel, want de energietransitie is een sociaal-maatschappelijke transitie. Je creëert betrokkenheid van mensen thuis, van mensen samen in een gebouw, een wijk of een gebied. Zo ontstaat eigenaarschap. Mensen voelen dat ze een milieubijdrage kunnen leveren én ervan kunnen profiteren. Dat voelt heel anders dan elke maand een fors bedrag laten afschrijven naar een paar internationale energiereuzen die het geld  vervolgens ook nog eens naar het buitenland sluizen. Wat dat betreft zijn we behoorlijk gek in Nederland.’

Sowieso wordt er in de visie van Schols al veel te lang verkeerd om gedacht. ‘Onze overheid blijft maar inzetten op centrale opwekking van energie, die vervolgens via grote afstanden door ellenlange netwerken aan bedrijven en huizen wordt geleverd. Met grote energieverliezen, zoals ook met grootschalig opgewekte waterstof weer het geval zal zijn. Men kiest steeds weer voor die complexe systemen en lange afstanden. Waardoor we veel te afhankelijk blijven van andere landen, kwetsbare infrastructuren noem maar op. Onze oproep aan Den Haag en Brussel is dan ook: zet vol in op decentrale opwekking. Bij CIRC doen we dat niet alleen met woorden. Onze BioTransformers leveren namelijk harde data op die bewijzen dat we met z’n allen decentraal en lokaal moeten gaan denken.’

Begin van iets moois

Schols wijst erop dat we met z’n allen aan het begin van iets moois staan. ‘Het potentieel van gfe als duurzame energiebron is enorm. In de branches die we nu bedienen, maar ook nog in heel veel andere branches. Bovendien wordt op dit moment in Nederland hooguit de helft van al het gfe gescheiden. Met name in grote steden valt er nog veel te winnen. Daarna zal CIRC de stap naar het buitenland maken. Omdat we duurzaam gedreven en grensverleggend willen zijn. En daarmee als Circ een essentiële bestaansreden hebben.’