Iedereen komt ze wel eens tegen, bijenhotels op bedrijventerreinen met daaromheen een strak gemaaid grasveld. De grasvelden zijn wel groen, maar voor bijen, vlinders en insecten zijn het dorre woestijnen zonder voedsel. Van de 360 bijensoorten die in Nederland voorkomen is ruim de helft bedreigd. Hoog tijd dus dat ondernemers voor effectieve vergroeningsmaatregelen kiezen om de woestijnen op bedrijventerreinen om te vormen tot oases.

Draag bij aan kennis en bewustwording

Tijdens de Nationale Bijentelling (15 t/m 24 april) worden wilde bijen, hommels en zweefvliegen geteld om meer te weten te komen en hen hierdoor beter te kunnen beschermen. Meedoen met Beewatching is eenvoudig en leuk voor iedereen, ook voor medewerkers en werkgevers met weinig kennis over bijen. Een bijengidsje helpt om 16 verschillende soorten zweefvliegen, hommels en wilde bijen te herkennen. Het is een laagdrempelige manier om meetgegevens te verzamelen en kennis te maken met de diversiteit aan insecten.

Eerst meer voedsel, dan meer nestelplekken

Na de eerste telling is een goed moment om samen met werknemers op het bedrijfsterrein maatregelen te nemen voor meer verschillende planten, struiken en bomen. Waar zijn nog eentonige perkjes? Waar kun je stenen ruilen voor planten? Zijn alle parkeerplaatsen nodig? Door de aanleg van meer divers groen ontstaat er meer voedsel voor bijen en andere insecten.

Begin met beewatching in plaats van beewashing

Het is belangrijk dat ondernemers niet alleen een bijenhotel neerzetten om aan de buitenwereld te laten zien dat ze duurzaam zijn. Net als mensen houden ook bijen niet van een hotel zonder eten. Bedrijven die duurzaam zijn zorgen dat de bijen jaarlijks gewatcht worden, en gebruiken bijen niet om te beewashen . Naast het bijen tellen zorgen duurzame ondernemers ook voor voldoende voedsel in de vorm van verschillende planten, struiken en bomen.

Esther de Groot, Adviseur Duurzaam ondernemen bij Stichting Stimular