Begin augustus publiceerde Wakker Dier zijn jaarlijkse foldermonitor. In deze monitor registreert en vergelijkt de organisatie de vlees- en vleesvervangeraanbiedingen in de aanbiedingsfolders van supermarktketens. En wat bleek? Het aantal vega-aanbiedingen bij supermarkten is sinds 2021 gestagneerd. En dat terwijl het aantal vleesaanbiedingen het afgelopen jaar juist is gestegen. Niet bepaald een trend in lijn met de eiwittransitie. Supermarkten beloofden via het CBL namelijk bij te dragen aan het verschuiven van de consumptieverhouding van 60% dierlijke en 40% plantaardige eiwitten naar 40% dierlijk en 60% plantaardig.

Consumenten overtuigen om plantaardig te kiezen is lastig. Heel lastig zelfs. Want ook al zijn er genoeg enquêtes te vinden waarin mensen aangeven dat ze minder vlees willen eten, in de werkelijkheid leiden deze ambities zelden tot acties [Lees ook:  Trends in vleesconsumptie onder consumenten].

Met vega-aanbiedingen alleen kom je er dus niet. Er is meer nodig om de consument te verleiden. Eerder schreef ik al over drie methodes voor foodbedrijven om die plantaardige eiwitconsumptie te stimuleren. Tijd voor een opfrisser. Hier zijn drie acties om consumenten meer plantaardig te laten eten en drinken, zonder mensen te overtuigen om minder vlees te eten:

Maak plantaardig de standaard

De eerste stap die bedrijven kunnen maken is plantaardige producten de standaard maken. Consumenten kiezen namelijk veel sneller plantaardig als dit al de standaardoptie is. Zo bleek uit een onderzoek van Radar dat 52% vegetarisch eet als dit standaard wordt aangeboden[1]. Mijn collega, en managing partner bij Schuttelaar & Partners, Suzanne van der Pijll schreef hier vorig jaar ook al over in haar column “Eiwittransitie: de default omdraaien”. Volgens haar wordt op deze manier “de vleeseter verleid om vaker een vegetarische of veganistische keuze te maken”. Cateraars, restaurants en retailers kunnen hierop inspelen.

Zeg het V-woord niet

Uit onderzoek naar menukaarten blijkt dat als er ‘vegan’ of ‘vegetarisch’ in de naam van het gerecht staat, minder mensen dit kiezen[2]. Dit komt doordat deze termen polariserend werken. Ze zijn verbonden aan een bepaalde groep mensen met een specifieke lifestyle (in Nederland is 2% van de mensen veganist). Met andere woorden, niet geschikt voor de gemiddelde consument. Een oplossing hiervoor: gebruik iconen. Op steeds meer menukaarten zie je dat er naast plantaardige gerechten een groen blaadje staat. Hierdoor is het duidelijk dat het gaat om een plantaardig gerecht en sluit het geen consumentengroepen uit. Plaats plantaardige gerechten gewoon tussen je overige gerechten op de menu. Hiermee laat je zien dat de gerechten gelijkwaardig zijn.

Gebruik storytelling

Wat klinkt beter: 100% grass-fed beef from Angus of vega-beef? Waarschijnlijk de eerste optie. Waarom? Optie één spreekt tot de verbeelding, het vertelt een verhaal. Terwijl de tweede optie als eerst de functionaliteit beschrijft: het is plantaardig. Vernieuwing in de benaming van plantaardige producten biedt kansen voor retailers, horeca en voedselproducenten. Eten is ervaring. Zorg dat de belevingswereld al geprikkeld wordt bij de naam van het plantaardig gerecht en/of product.

Masterclass eiwittransitie

Laatste kans om je in te schrijven voor de masterclass eiwittransitie op donderdag 24 augustus in Den Haag. In deze masterclass neem ik je mee door de eiwittransitie in zowel Nederland als andere Europese landen. Hoe vliegen zij de eiwittransitie eigenlijk aan? Hoe kunnen we effectief communiceren over de voordelen van plantaardige eiwitten, en hoe nudgen we de consument de juiste kant op?

Justin Sarijoen, Schuttelaar & Partners

[1] Radar (2020). 52% eet vegetarisch als dit als standaard wordt aangeboden

[2] WRI (2019). It’s All in a Name: How to Boost the Sales of Plant-Based Menu Items