Het is bouwbedrijf BAM gelukt om een diesel aangedreven asfaltspreidmachine om te bouwen naar een machine met een waterstofverbrandingsmotor. Dit is voor het eerst dat een dergelijke transitie in de praktijk is toegepast. In 2030 moet de bouwplaats zero-emissie zijn. Op dit moment voldoet ruim 10 procent van de bouwprojecten aan die norm. Met nog zeven jaar te gaan moet deze transitie dus nog op stoom komen.

Energietransitie

De uitstoot van CO2 moet in 2050 met 95 procent zijn gereduceerd ten opzichte van 1990. De overheid heeft met bedrijven en maatschappelijke organisaties hiervoor in 2019 het Klimaatakkoord gesloten. Hierin staan concrete afspraken voor alle sectoren in de samenleving.

Zero-emissie op de bouwplaats

Het Klimaatakkoord heeft ook gevolgen voor het werken op en inrichten van de bouwplaats. De bouw moet een reductie van 75 procent vervuilde lucht ‘’vieze behaald hebben in 2030. Verduurzaming van vervoersbewegingen in de bouwsector is daarom noodzakelijk om uitstoot van CO2, fijnstof en stikstof te reduceren.

Bij bepaalde projecten is zero emissie nu al een vereiste (als overheid opdrachtgever is). Naar schatting is nu ruim 10 procent van de huidige projecten ‘zero emissie’. Het tempo van verduurzaming, elektrificatie van bouwmachines of toepassing van waterstoftechnologie is nog laag. Anders dan bij auto’s staat deze technologie nog in de kinderschoenen.

Verduurzaming vraagt om investeringen

De investeringen om te verduurzamen kunnen fors zijn. De prijs van een zero-emissiemachine, waterstof dan wel elektrisch aangedreven, ligt nu nog fors hoger ten opzichte van een fossiel aangedreven machine. Soms tot wel drie keer zoveel. Dat klinkt misschien niet aantrekkelijk, toch is het belangrijk om nu te investeren in verduurzaming van materieel.

Enerzijds om een, straks mogelijk verplichte, bijdrage te leveren aan het behalen van de duurzaamheidsdoelen. Anderzijds om überhaupt op sommige projecten te kunnen inschrijven. Dit zullen er trouwens steeds meer worden, want opdrachtgevers verduurzamen ook. En bij de huidige hoge energieprijzen is de terugverdientijd ook nog eens lager.

Voor duurzaamheidsinvesteringen kunnen overigens subsidies worden aangevraagd en banken zijn uit hoofde van hun duurzaamheidsambities en doelstellingen gemotiveerd om hierbij te helpen.

Jan van der Doelen, Sector Banker Building & Construction, ING