Nederlandse kandidaten voor het Europees Parlement moeten zich in Brussel hard maken voor wetgeving tegen wereldwijde ontbossing. Daartoe roepen Greenpeace Nederland, Solidaridad, IUCN NL, BothENDs en Oxfam Novib op naar aanleiding van het door de VN gesteunde onthutsende rapport over biodiversiteit. De conclusies van het Intergouvernementeel Platform voor Biodiversiteit en Ecosysteemdiensten (IPBES) zijn niet mals. Deze cruciale analyse van 500 experts uit 50 landen waarschuwt voor het uitsterven van 1 miljoen plant- en diersoorten. De urgentie om de ecosystemen van deze aarde te beschermen is nu groter dan ooit.

De cijfers die IPBES presenteert zijn schokkend. Nog nooit was het aantal plant- en diersoorten dat met uitsterven bedreigd wordt zo groot. Wetenschappers vergelijken de snelheid waarmee de uitsterving gepaard gaat met het Mesozoïcum, het tijdperk waarin dinosaurussen leefden. Alleen is het nu niet een asteroïde, maar het menselijk handelen dat de verwoesting veroorzaakt.

Voor Nederlandse politici komt het rapport precies op het juiste moment omdat de Europese Commissie aan het eind van deze lente met een actieplan komt om wereldwijde ontbossing tegen te gaan. Door de aanbevelingen van het IPBES over te nemen, kunnen ze ervoor te zorgen dat dit actieplan écht ambitieus wordt. Onze landbouw, voedselproductie en consumptie moeten drastisch veranderen. Europese wetgeving kan bedrijven dwingen de ontbossing en mensenrechtenschendingen in hun ketens te stoppen.

Belangrijkste oorzaak biodiversiteitsverlies

Het IPBES concludeert dat het verdringen van natuur door menselijk ingrijpen de belangrijkste oorzaak is van biodiversiteitsverlies. Zo vond de helft van de uitbreiding van de landbouw en veeteelt plaats in tropisch bos. Europa is een belangrijke afzetmarkt voor soja, palmolie, hout, cacao, koffie, rundvlees, pulp en papier. Allemaal grondstoffen waarvoor dit tropische bos moet wijken.

Tot nu toe lieten de Europese landen het tegengaan van boskap voor Europese producten over aan het bedrijfsleven. Sinds 2010 hebben diverse bedrijven vrijwillige initiatieven ontwikkeld om verantwoorde productie en inkoop te realiseren richting 2020. Maar anno 2019 is duidelijk dat de productieketens nog lang niet vrij zijn van ontbossing en mensenrechtenschendingen. Zo zorgt sojaproductie nog altijd op grote schaal voor het verdwijnen van waardevolle ecosystemen, zoals de Cerrado, een savannegebied in Brazilië en de Chaco, een droogbos in Latijns-Amerika.

Alleen een wettelijk Europees kader kan de nodige druk uitoefenen op bedrijven om ketens in zowel productie- als consumptielanden beter te reguleren. Wetgeving creëert ook een gelijke behandeling voor ieder bedrijf in de sectoren en dwingt achterblijvers om grote stappen te zetten in het vrijmaken van hun productieketens van ontbossing en mensenrechtenschendingen.

Nederland voortrekkersrol

Nederland heeft als belangrijke importeur van risicogrondstoffen zoals soja voor veevoer en palmolie, een grote verantwoordelijkheid. Ook is Nederland momenteel voorzitter van het Amsterdam Declaration Partnership – een samenwerking tussen Europese landen die de ambitie hebben om ontbossing tegen te gaan. Dat biedt een enorme kans voor Nederland om nu ook de leiding te nemen.