De waterschappen zijn goed op weg naar 100% energieneutraliteit in 2025. Ze leveren een zichtbare bijdrage aan de nationale doelstelling om de CO2-uitstoot terug te brengen en daarbij zoveel mogelijk duurzame energie te produceren. Dat blijkt uit de Klimaatmonitor Waterschappen over 2017 die de waterschappen presenteren in de week dat de Klimaatconferentie van Katowice 2018 in Polen plaatsvindt. De waterschappen laten daarbij zien dat niet alleen klimaatadaptatie (het aanpassen aan de effecten van het toekomstig klimaat) een belangrijk onderwerp voor hen is, maar ook klimaatmitigatie (het verminderen van de klimaatverandering).

Energieneutraal in 2025

De Klimaatmonitor is opgesteld door Arcadis in opdracht van de Unie van Waterschappen en de Nederlandse Waterschapsbank (NWB Bank). In de monitor wordt verantwoording afgelegd over de voortgang van de gemaakte afspraken met het Rijk op het gebied van energie, klimaat en duurzaamheid. De waterschappen hebben zichzelf hoge ambities opgelegd als het gaat om duurzaamheid. Zo willen de waterschappen in 2020 voor 40% in de eigen energiebehoefte voorzien en in 2025 100% energieneutraal zijn.

Waterschappen op schema

Volgens de Klimaatmonitor bedroeg het percentage energieneutraliteit eind 2017 al 33,9% en liggen de waterschappen daarmee op schema om hun ambitie van 40% in 2020 te halen. Ook willen de waterschappen hun CO2-klimaatvoetafdruk sterk verminderen. Dat doen ze onder andere door de inkoop van groene stroom en de productie van biogas. Uit de Klimaatmonitor blijkt dat de waterschappen in de periode 2005 – 2017 al een vermindering van 52% hebben gerealiseerd. Dit komt voornamelijk door de productie van biogas en door de inkoop van groene stroom.

Groene stroom

De doelstelling om per jaar gemiddeld 2% energie-efficiencyverbetering te realiseren (energiebesparing en inzet van duurzame energie ) is ruimschoots behaald, met gemiddeld 3,5% per jaar. De waterschappen kopen grotendeels duurzaam in. Zo bestaat 99,6% van de door de waterschappen ingekochte elektriciteit in 2017 uit groene stroom. Naast inkoop van energie gaat het ook om de inkoop bij de aanleg van en het onderhoud aan infrastructurele werken, het gebruik van duurzame materialen en de inkoop van facilitaire goederen.

Biogas, wind, zon en water

De waterschappen zetten in op energiebesparing en opslag, het beschikbaar stellen van eigen terreinen en het zelf opwekken van duurzame energie uit biogas, wind, zon en water. De mogelijkheden van de waterschappen om schone energie op te wekken staan beschreven in de nieuwe publicatie ‘Energie en waterbeheer’ van Stichting Toegepast Onderzoek Waterbeheer (STOWA), de Unie van Waterschappen, Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) en Rijkswaterstaat. Het geeft een overzicht van innovatieve projecten op het gebied van water en energie. Zo zou energie uit oppervlaktewater kunnen voorzien in circa 40% van de totale warmtevraag van de gebouwde omgeving. De totale potentie van aquathermie (thermische energie uit afval-, oppervlakte- en drinkwater) is zelfs meer dan 50%.

Klimaatakkoord

De Unie van Waterschappen neemt intensief deel aan de onderhandelingen aan de tafels voor het Klimaatakkoord. Het waterbeheer kan een belangrijke maatschappelijke bijdrage leveren aan de energietransitie richting 2050. De waterschappen zetten hier op in, omdat zij in het dagelijks werk worden geconfronteerd met de gevolgen van de klimaatverandering.