De jaarlijkse Female Board Index 2021 laat zien dat de percentages vrouwelijke bestuurders en commissarissen bij de 89 Nederlandse beursondernemingen dit jaar gestegen zijn ten opzichte van vorig jaar. Dat blijkt uit het onderzoek van Prof.dr. Mijntje Lückerath-Rovers, hoogleraar Corporate Governance aan TIAS School for Business and Society. Het percentage vrouwelijke commissarissen ging van 29,5% naar 33,2%. Van de 89 beursgenoteerde ondernemingen voldoen er nu 61 aan het voorgestelde wettelijk quotum van minimaal eenderde vrouw. In 2020 waren dit er nog 51. De 28 ondernemingen die niet voldoen moeten gezamenlijk 33 vrouwen benoemen, waarvan 6 bij een AEX of AMX.  

Stijging vrouwelijke bestuurders stagneert

Nadat in 2019 en 2020 het percentage vrouwelijke bestuurders fors gestegen was, van bijna 6% in 2018 naar ruim 12% in 2020, zet deze stijgende trend dit jaar niet door: van 12,4% naar 13,6%. Er werden vijf vrouwelijke bestuurders benoemd, en drie gingen er weg. Per saldo dus een toename van twee, in 2020 was de netto toename negen. Slechts 24 van de 89 bedrijven hebben een vrouw in de RvB, toch hebben de 65 bedrijven zonder vrouw in de RvB dit jaar weer 14 nieuwe mannelijke bestuurders benoemd.

Wettelijk quotum

De Tweede Kamer stemde op 10 februari 2021 in met een wettelijk quotum van minimaal eenderde vrouw in de RvC bij Nederlandse beursfondsen. De behandeling in de Eerste Kamer is in het voorjaar tweemaal uitgesteld, en moet nu ‘spoedig na het zomerreces’ plaatsvinden. Lückerath-Rovers: “De coronacrisis brengt misschien een oude reflex naar boven, die we eerder zagen ten tijde van de financiële crisis: we willen wel meer diversiteit maar het komt nu even niet zo goed uit.” Ook VNO-NCW stuurde een brief aan de Eerste Kamer met de suggestie om de wet niet volgend jaar al in werking te laten treden ‘gezien de bijzondere crisis waarin we verkeren”.

Verschil in beurssegmenten

Er zijn grote verschillen zichtbaar in de vier beurssegmenten: AEX. AMX, AscX en de lokale fondsen. De 21 AEX-fondsen doen het bij zowel de bestuurders als de commissarissen het beste; respectievelijk 19% en 39% is vrouw. De 21 small caps (AScX) blijven vooral achter bij de bestuurders (8%); de 28 lokale fondsen blijven achter bij de commissarissen (21%). Van de 28 bedrijven die niet aan het quotum voor de RvC voldoen zijn er 23 een small cap of lokaal fonds. Lückerath-Rovers: “Het zijn met name de kleinere fondsen die achterblijven, dit zijn kleinere, soms inactieve beursfondsen. Een wettelijk quotum zal dus ook vooral deze kleinere fondsen aanspreken. De vraag is of dat de zichtbaarheid van de diversiteit in de bestuurskamers zal vergroten of dat er toch meer aandacht nodig blijft voor bestuurders bij de AEX- en AMX-fondsen.’

Best presterende ondernemingen

Zestien bedrijven hebben op dit moment een RvB en een RvC die uit meer dan 33% vrouwen bestaat. DSM, NSI en ASR hebben een gedeelde eerste plaats, daar is de helft van de bestuurders en commissarissen tezamen een vrouw. Op de laatste plaats staat, net als vorig jaar, het van oorsprong Franse Envipco met in totaal negen bestuurders en commissarissen waarvan geen vrouw: toch hadden zij dit jaar wel weer één (mannelijke) benoeming in de RvB.

De Female Board Index 2021 wordt dit jaar voor de 13e keer gepubliceerd en is een initiatief van prof. dr. Mijntje Lückerath, hoogleraar Corporate Governance aan TIAS School for Business and Society.