Bij Dutch Flower Group (DFG) zit duurzaamheid in het hart. Het is volledig geïntegreerd in de bedrijfsstrategie. “Wij vinden dat we onze verantwoordelijkheid moeten nemen”, legt corporate social responsibilty manager Raimon Loman uit. Hoe doet ‘s werelds grootste exportbedrijf in bloemen en planten dat?

Met een omzet van ruim 1,5 miljard euro beseft het bedrijf dat het mogelijk is impact te maken binnen de sierteeltketen. “Dankzij onze schaalgrootte kunnen we initiatieven nemen om duurzaam te werken én bewustzijn te creëren voor het thema duurzaamheid, maar we kunnen het niet alleen. Duurzaamheid gaat iedereen aan.”

Transparantie
DFG werkt bij alle bedrijven binnen de familie aan corporate social responsibilty. “Dat is één van de pijlers binnen onze strategie. Daaronder valt bijvoorbeeld: transparante en eerlijke handel, duurzame inzet van medewerkers en minimaal 90% volume aan duurzaam ingekochte producten. Verder zijn onze gebouwen energiezuinig en is CO2-reductie een belangrijk thema.” De activiteiten van DFG op het gebied van duurzaamheid zijn verbonden aan de zogenoemde Sustainable Development Goals van de Verenigde Naties. “Elk bedrijf binnen onze familie heeft een duurzaamheidsambassadeur die zich volledig met duurzaamheid bezighoudt. De strategie komt vanuit DFG, maar het beleid maken de individuele bedrijven zelf. De enige doelstelling die DFG hard oplegt is de FSI-doelstelling dat in 2020 90% van onze ingekochte bloemen en planten duurzaam geproduceerd moet zijn.”

Eisen stellen
“Duurzaamheid moet je binnen de keten samen oppakken om echt impact te kunnen maken.” Daarom is het bedrijf één van de Versnellers binnen het Floriculture Sustainability Initiative (FSI). “Het is overtuigender als iedereen dezelfde boodschap uitdraagt; je moet kwekers en klanten raken.” DFG werkt mee aan een transparante keten, van bron tot eindklant. “DFG houdt de FSI ‘Basket of Standards aan, maar certificeringen zijn een borging, geen doel. Om de doelstelling 90% duurzaam geproduceerd product te halen in 2020 moet je allang begonnen zijn; anders red je het niet. Ik denk dat het enorm zou schelen als Royal FloraHolland op korte termijn eisen gaat stellen aan aangevoerde producten om de transparantie in de keten te vergroten. En ons als ketenpartij vooraf inzicht geeft in de aan producten verbonden certificeringen van kwekers. Dit is noodzakelijk als we willen verduurzamen.”

Footprint
Voor de toekomst denkt Raimon dat transparantie en meetbaarheid nog belangrijker worden. “Wat is de impact van de keuzes die je maakt, waar liggen mogelijkheden om samen te verduurzamen? Daarom willen wij onze footprint inzichtelijk maken. Dan kunnen we handelen en adviseren op basis van feiten. Dat inzicht willen we ook bij onze kwekers en toeleveranciers. Welke verpakkingsmaterialen zijn duurzamer, welke gewasbeschermingsmiddelen gebruikt de kweker en in welke mate en frequentie, wat is een leefbaar loon? Een aantal belangrijke vragen waar we antwoord op moeten hebben. Dan kunnen we samen bepalen hoe het duurzamer kan. Dat geldt voor onze bedrijven, maar ook voor onze kwekers en leveranciers. De hele keten moet duurzamer, want zonder duurzaamheid is er geen toekomst.”

Dit artikel is eerder gepubliceerd op de website van Royal FloraHolland