64% van de Nederlanders denkt dat het verboden is om producten te verkopen die buiten Europa zijn gemaakt met misstanden voor mens en milieu. Ten onrechte, want er is (nog) geen wetgeving die dat verbiedt. 82% van de Nederlanders vindt daarom dat die er snel moet komen. Bovendien willen ze ook dat dit in Europa geregeld wordt. Dat blijkt uit onderzoek van PanelWizard in opdracht van Solidaridad.

Verbazing over ontbreken wettelijke norm

Uit het onderzoek blijkt verder dat 2 op de 3 Nederlanders verbaasd zijn dat producten die buiten Europa gemaakt worden onder mensonterende omstandigheden, gewoon verkocht mogen worden. Dagelijkse boodschappen zoals fruit, koffie of chocolade, waarbij in de productieketen sprake is van levensgevaarlijke arbeidsomstandigheden, uitbuiting, illegale ontbossing of extreme milieuvervuiling kunnen vooralsnog zonder belemmering worden geïmporteerd en verkocht.

Beloften bedrijfsleven niet geloofd

Ook blijkt dat slechts een kwart van de Nederlandse consumenten er vertrouwen in heeft dat grote bedrijven hun best doen levensmiddelen op een eerlijke en duurzame manier te produceren. Beloften het beter te doen worden door 70% van de Nederlanders niet geloofd. Terecht, zegt Heske Verburg, directeur van Solidaridad: ‘Vrijwillige inzet van het bedrijfsleven heeft niet geleid tot voldoende verandering. Slechts 1,6 procent van de bedrijven handelt zorgvuldig naar internationale richtlijnen.’

Betrouwbaarheid merken op het spel

Behalve wetgeving, willen Nederlanders ook dat bedrijven meer doen: 89% van de respondenten is van mening dat het bedrijfsleven (mede) verantwoordelijk gehouden mag worden voor misstanden bij de productie van geïmporteerde producten. ‘We verwachten van het bedrijfsleven meer dan kleuren binnen de lijntjes’ aldus Verburg. ‘Bedrijven moeten een actieve en creatieve bijdrage leveren aan het beschermen van mensenrechten en milieu in hun hele productieketen.’ De betrouwbaarheid van merken staat daarbij op het spel: 6 op de 10 consumenten vinden de betrouwbaarheid van een merk doorslaggevend bij de aankoop. Daarnaast zegt 70% een merk niet meer te kopen als bekend is dat er misstanden zijn in de productieketen.

Neemt Nederland het voortouw?

Begin december kondigde demissionair minister De Bruijn van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking aan dat er een Nederlandse wet komt voor internationaal maatschappelijk verantwoord ondernemen. Solidaridad hoopt dat Nederland hiermee een voorbeeld kan worden voor de Europese Unie. ‘We zijn blij dat de minister nu aan de slag gaat met een wet’ zegt Heske Verburg. ‘Laten we zorgen dat de Nederlandse wet de impasse in Europa doorbreekt. Dat wetgeving uit Brussel steeds wordt uitgesteld is een slechte zaak.’ Het voorstel voor een Europese wet is door Brussel drie keer uitgesteld en wordt nu op zijn vroegst in het voorjaar van 2022 verwacht. Ook zonder verdere vertraging zal het zeker tot 2027 duren voor de Europese regels van kracht zijn.

Consument wil het graag goed doen

Ruim de helft van de consumenten heeft bij het boodschappen doen het gevoel dat het nooit goed genoeg is; de keuze voor producten die met zorg voor mens en milieu zijn gemaakt wordt als ingewikkeld ervaren. Verburg bevestigt dat: ‘De consument kan het alleen goed doen als de overheid en het bedrijfsleven hun verantwoordelijkheid nemen. Een wet die solidair is met de makers van onze producten is een eerste belangrijke stap om te zorgen dat straks alle producten in de winkel vrij zijn van misstanden. Om ook in Europa zo’n wet te krijgen zijn we een nieuwe petitie gestart op solidaridad.nl. Hopelijk wordt die net zo succesvol als de onlangs aangeboden Nederlandse petitie van het Initiatief Duurzaam en Verantwoord Ondernemen.’

Over het onderzoek

Voor het onderzoek van PanelWizard beantwoordden 1285 Nederlanders van 18 jaar en ouder 11 vragen met betrekking tot:

  • De beweegredenen tot aanschaf van levensmiddelen;
  • De mening over de huidige wetgeving in de Europese Unie omtrent de import van goederen van buiten de Europese Unie;
  • De mening over de betrokken partijen, en hun rol in de verduurzaming van goederen die geïmporteerd worden van buiten de Europese Unie.