‘Zeg Michiel, kun je niet eens een lijst opstellen met leveranciers van circulaire stoffen, zodat ik weet waar ik ze als kledingproducent kan inkopen?’ Het is een vraag die ik steeds vaker krijg. Voor al die textielondernemers die ook willen beginnen met het dit nieuwe, circulaire businessmodel heb ik daarom een starterskit samengesteld, bestaande uit vier stappen. Laat je inspireren en ga circulair, net als de ondernemers uit mijn eerdere blog.
1. Verdiep je in het waarom van circulair produceren
Voordat je begint moet je het eerst echt willen en zien. Klinkt gek, maar ‘circulair gaan’ heeft nogal wat consequenties voor je huidige, lineaire businessmodel. Het vraagt een radicaal andere werkwijze. Maar het is wel de toekomst! Zo wordt er waarschijnlijk een ‘uitgebreide producentenverantwoordelijkheid’ ingevoerd op landelijk niveau. Dan komt er een heffing op textiel zonder gerecycled materiaal. Kleding van ‘virgin’ materiaal wordt dan duurder. En gebruik je virgin katoen? Bedenk dan dat de prijs daarvan op termijn flink toeneemt. In 2025 bereiken drie miljard mensen een middeninkomen. En die willen straks allemaal mode kopen, terwijl de hoeveelheid grondstoffen daarvoor steeds schaarser is. En wat als de overheid eerlijke beprijzing gaat invoeren? Oftewel: een verkoopprijs waarin alle sociale en milieukosten worden meegenomen? Dan zit je met circulaire productie aan de goede kant. Zo maar wat zaken die aangeven dat je geen kristallen bol hoeft te hebben om te voorspellen dat circulair straks ‘big’ wordt.
2. Begin klein met een specifiek product of materiaal
Misschien een open deur, maar begin bij het circulair produceren niet direct met je hele assortiment, maar ga voor iets waar al veel ervaring mee is opgedaan, zoals sportkleding, denim en colberts. Binnen dat segment kun je dan het best beginnen met gerecycled polyester, omdat dit al volop wordt aangeboden door partijen als Waste2wear, Cure, Econyl, Tencel, Reblend, Recover of BPPL. Voor katoen is dat lastiger, maar sommige spinners en doekmakers bieden stoffen met hoge percentages gerecycled katoen, zoals Royo, Bossa, Ortha, Gama, Purfi, Purewastetextiles en Circular systems. Als je dat bijmengt met bio-katoen kom je tot een aantrekkelijk concept dat deels circulair is. Je kunt ook tot honderd procent circulair gaan door bij te mengen met gerecycled polyester, maar zo’n blend is daarna wel moeilijker te recyclen. Ook wol laat zich goed opnieuw gebruiken. Een mooi voorbeeld hiervan is Loopalife. Misschien zijn deze stoffen iets duurder dan de stoffen die je nu gebruikt, maar op termijn dus goedkoper. Bovendien moet je de marketingwaarde niet onderschatten als je kunt aantonen dat je circulair produceert. Bedrijfskledingproducent Shirley Schijvens zegt hierover: “Ineens wilde iedereen onze gerecyclede kleding hebben. Onze omzet is dit boekjaar zelfs met dertig procent gestegen.”
3. Design voor recycling
Ook de betrokkenheid van de designer is belangrijk. Niet alleen vanwege de ‘looks’, het gevoel, de kleur en de kwaliteit, maar ook voor de afdankfase van het item. ‘Design for recycling’ heet dat of ‘design for disassembly’. Oftewel: hoe meer frutsels, mengsels, labels, prints, borduursels, knopen en ritsen, hoe lastiger het wordt om het kledingstuk te recyclen. De ontwerper moet dus zo veel mogelijk werken met ‘mono’-materialen en zorgen dat het gemakkelijk te strippen is. Kleding die bijvoorbeeld is gestikt met Wear2-garen valt uit elkaar zodra het in aanraking komt met microwavegolven. Dat maakt recycling een stuk eenvoudiger. Dus: bied je ontwerper een circulair design-training aan, bijvoorbeeld van Circo of via DCTV-hub Arnhem-Wageningen. En als het ontwerp klaar is, kan het naaiatelier de gerecyclede stof inkopen en gaan produceren. Zorg ervoor dat na verkoop de kleding ook weer terugkomt. Zet een retourbak in de winkel of ga experimenteren met een huur- of leenmodel, waarbij je eigenaar blijft van de kleding en de klant alleen betaalt voor het gebruik ervan. Via serviceproviders als Sympany, Reshare, De Boer groep, Remokey, Reversed Resources en ChainPoint kun je de retourstroom labelen en verwerken.
4. Laat het prettig uit de hand lopen
Mijn ervaring is dat wanneer je circulair gaat er aan aandacht geen gebrek is. Bereid je voor op podia, prijzen, loftuitingen en zelfs nieuwe klanten. Het kan zomaar zijn dat je na dat ene item de smaak te pakken krijgt en de hele collectie circulair maakt. Het werkt verslavend. Desalniettemin is het – zeker in het begin – ook vooral doorzetten en volharden. Gelukkig zijn dat kenmerken die goed bij ondernemers passen. En je hoeft het niet alleen te doen. Er zijn je al veel merken voorgegaan en er zijn steeds meer DCTV-ketenpartners waarmee je kunt samenwerken: van inzamelaars, recyclers en spinners tot breiers, wevers, producenten, designers en investeerders.
Geïnspireerd? Sluit je aan bij het textielnetwerk van MVO Nederland en we helpen je verder met je circulaire ambities.
Michiel van Yperen, Transitiemanager MVO Nederland