Van een gerespecteerde universiteit mag je verwachten dat een onderwerp wetenschappelijk wordt benaderd en dat een issue van diverse kanten wordt bekeken. Maar met het artikel van 7 december jl. onder de titel ‘Nieuw licht op duurzaamheid van palmolie’ bewijst de Wageningen Universiteit (WUR) pijnlijk het tegendeel. Hoe is het mogelijk dat een universiteit zich laat lenen voor een pro-palmolie-lobby artikeltje? Met een benadering die er weliswaar wetenschappelijk uitziet maar volledig voorbij gaat aan de essentie van het probleem. In mijn wereld heet zo een activiteit een rookgordijn.

Laten we vaststellen dat palmolie de afgelopen 25 jaar verantwoordelijk is voor de ontbossing van het regenwoud in Azië. Dat is een feit. Inmiddels is het grootste deel van het regenwoud in Azië verwoest. Vast staat dat het ecologisch gezien essentiële gebieden waren. Een groot verlies voor de aarde. Het is ook een feit dat de vraag naar palmolie in 2050 vier keer zo groot zal zijn dan nu het geval is. Inschattingen liggen rond de 265 miljoen ton. Als voor de huidige productie al het grootste deel van het regenwoud verwoest is dan kunnen we ervan uitgaan dat met een verviervoudiging het gehele regenwoud zal gaan verdwijnen. Voor die conclusie hoef ik geen wetenschapper te zijn. Maar het is wel de prijs die we gaan betalen voor iets onbenulligs als palmolie. Dat we ons ecologische systeem inruilen voor palmolie is voor onze kinderen een ramp. Wij zijn als generatie volledig verantwoordelijk voor deze ontwikkeling. Daar zouden we ons diep voor moeten schamen.

Nu het artikel. We kunnen ons suf vergelijken met andere oliesoorten en dan vrolijk concluderen dat palmolie het meest efficiënte is. Dat lijkt verstandig maar het gaat er allereerst om waarmee je het vergelijkt. Zet palmolie eens af tegen olie uit algen? Voor algen is geen enkele vierkante meter land nodig om het te produceren. Waarom ontbreken deze alternatieven in het lijstje? Waarom vergeet de auteur de schade aan de grond waarop palmolie staat? Het is nogal wat als je eerst regenwoud van 13 miljoen jaar oud verwoest voordat je daar plantages maakt? Shea butter bijvoorbeeld is veel minder efficiënt per vierkante meter maar groeit van nature op land waarvoor niet wordt ontbost.  Waarom wordt er met geen woord gesproken over de relatie tussen regenwoud en palmolie? Waarom spreekt het artikel niet over alternatieve plaatsen waar oliepalmen gekweekt kunnen worden? Waarom hebben we geen plantages in de woestijn? We vliegen naar Mars, maar we kunnen niet disruptief nadenken over de vraag hoe we palmolie duurzaam kunnen produceren of desnoods vervangen?

Het eerlijke antwoord op deze vraag is: big moneys. Het is het enorme financiële, zelfs politieke, belang dat innovatie op het gebied van palmolie tegenhoudt. Ik schat dat het nu 50 miljard USD per jaar groot is. Vervolgens is de palmolieprijs zo laag gehouden dat niemand wordt gestimuleerd tot een alternatief. Waarom zou je? Tot slot is er voor iedereen die twijfelt een lobbymachine in werking gezet die zand in de ogen gooit als je anders denkend bent. En voila, een markt wordt in stand gehouden en innovatie wordt ontmoedigd. En dat terwijl innovatie het enige instrument is om het probleem van ontbossing door palmolie op te lossen.

Onderzoek op welke andere bodem en klimaat we oliepalmen kunnen laten groeien zou heel nuttig zijn. We hebben inmiddels al verticale landbouw op schaal gebracht. Onderzoek welke alternatieve oliesoorten er kunnen worden geproduceerd is essentieel, gezien de enorme stijging in vraag. En vergeet niet te innoveren hoe we de transitie maken van het oude model naar een nieuwe. De verwerkende industrie heeft daar een heel belangrijke rol. Zet desnoods internationale regel- en wetgeving in om verandering af te dwingen. Begin met een stop op het verkopen van palmolie als biodiesel. En niet zo zwak als de EU het probleem naar 2030 heeft verlegd. Maak bijvoorbeeld Food First een uitgangspunt. Zet het subsidie- en belastinginstrument aan om de prijs te normaliseren en maak het commercieel aantrekkelijk om tot alternatieven te komen.

Ondertussen zitten we elkaar in Wageningen voor de gek te houden met rekenvoorbeelden van een paar oliesoorten met palm als winnaar en gaan we voorbij aan het echte probleem. Palmolie verwoest systematisch de regenwouden en stopt niet voordat het op is. Een luttele vergelijking met andere oliën is tijdverdrijf en verandert niets aan de situatie. Ik vind dat ik van de Universiteit mag verwachten dat ze zich inzetten voor het ontwikkelen van een oplossing in plaats van het publiceren van een rookgordijn.

Ik vraag mij vaak af hoe mensen in deze industrie hun kinderen gaan uitleggen dat het regenwoud onder hun bewind verwoest is. Temeer omdat palmolie een probleem is dat we kunnen oplossen.

Marcel van Wing, Co-Founder bij The Flower Farm