Ondanks een wereldwijde daling in de financiering voor startups in klimaattechnologie, verkennen investeerders de mogelijkheden van AI, klimaatadaptatie en energieoplossingen. Wat is de stand van zaken van Climate Tech in Nederland? Een grondige analyse van het Nederlandse klimaattechnologielandschap met PwC’s klimaatspecialist Gerrit Ledderhof.

‘Voorzichtig’, is het woord dat Gerrit Ledderhof gebruikt als hij reflecteert op de wereldwijde resultaten van het State of Climate Tech rapport voor 2024. Als een doorgewinterde klimaatexpert binnen PwC Nederland, is Ledderhof niet iemand die gemakkelijk de hoop verliest. Vanuit zijn optimistische instelling geeft hij aan dat de wereld zich op een cruciaal kantelpunt bevindt waarop het tij van teruglopende financiering van innovatie kan worden gekeerd.

Uit PwC’s 28e CEO Survey blijkt dat klimaatvriendelijke investeringen in de afgelopen vijf jaar zes keer vaker de omzet verhogen dan verlagen. Dit geeft aan dat dergelijke investeringen niet alleen haalbaar zijn, maar ook financieel interessant.

AI zal een dieselbus niet vervangen

‘De wereld beschikt over de benodigde financieringsmogelijkheden, wat positief is,’ begint hij. ‘Maar eerlijk gezegd is het gewoon niet genoeg. We hebben meer robuuste investeringen nodig, en niet alleen in AI-gerelateerde start-ups. Want er is meer nodig dan alleen AI om klimaatgerelateerde problemen op te lossen.’ Zijn woorden zijn een belangrijke waarschuwing die ons eraan herinnert dat diversiteit in de investeringen rond klimaattechnologie belangrijk is voor de toekomst van onze planeet.

Een van de belangrijkste argumenten voor het gebruik van AI bij klimaatoplossingen is het vermogen om enorme hoeveelheden data efficiënt te verwerken, waardoor mogelijke efficiëntie en verbeteringen kunnen worden geïdentificeerd. Ledderhof: ‘Deze kracht van AI is ongetwijfeld nuttig, maar AI is geen directe vervanging voor tastbare oplossingen zoals warmtepompen om gasgebruik te verminderen of elektrische voertuigen om benzine en diesel te vervangen. Het is ook geen vervanging voor innovaties in de landbouw of andere sectoren. Hoewel AI belangrijk is, moeten we ons bewust zijn van de aanzienlijke milieu-impact van AI zelf en moeten we niet vergeten dat AI deel moet uitmaken van een bredere, meer diverse aanpak van klimaattechnologie.’

Ledderhof merkt op dat de Nederlandse bevindingen wereldwijde trends in de klimaattechnologiesector weerspiegelen, waarbij zowel voorzichtigheid als optimisme doorklinken. Hij analyseerde de data van het uitgebreide onderzoek van PwC dat meer dan 52.000 deals, bijna 600 miljard dollar aan investeringen en 12.000 start-ups wereldwijd omvatte. ‘Hoewel de Nederlandse resultaten wereldwijde patronen volgen, zijn er unieke inzichten specifiek voor Nederland die me bijzonder fascineren,’ zegt hij.

Wereldwijd: Climate Tech blijft achter

Maar laten we eerst eens kijken naar de staat van Climate Tech wereldwijd. Drie jaar na een piek in de investeringen in klimaattechnologie, kampen investeerders en start-ups met economische onzekerheid en vinden ze het steeds moeilijker om deals te sluiten. Kapitaalstromen en transactievolumes bleven dalen en zakten onder de niveaus van 2019, voordat de markt van start ging. Tussen Q4 2022 en Q3 2023 daalde de financiering in klimaattechnologie met 29 procent, wat duidt op een blijvende achteruitgang van investeringen in klimaattechnologie.

AI, klimaatadaptatie en veerkracht

Toch bracht het afgelopen jaar ook kansen voor slimme investeerders. Start-ups in de energiesector hebben hun aandeel in de financiering van klimaattechnologie vergroot. Klimaatondernemingen die AI centraal stellen in hun businessmodel, haalden in de eerste drie kwartalen van 2024 1 miljard dollar meer op dan in heel 2023, omdat investeerders zagen dat de kracht van AI op verschillende manieren productiviteits- en efficiëntieverbeteringen kon bieden. Technologie voor klimaatadaptatie en veerkracht viel op als thema en speelde een rol in meer dan een kwart (28%) van de Climate Tech-deals.

Essentiële rol van grote bedrijven

Recente analyses benadrukken ook de rol van grote bedrijven als investeerders in klimaattechnologie. Hun durfkapitaalfondsen en andere investeringsonderdelen waren al enkele jaren op rij betrokken bij ongeveer een kwart van de Climate Tech-deals. Bovendien nemen grotere bedrijven vaak deel aan deals in het midden- en late stadium, wat essentieel is om klimaatondernemingen te helpen opschalen. In sectoren waarin start-ups in klimaattechnologie relatief weinig financiering aantrekken—industrie, voedsel en landbouw, en de gebouwde omgeving—kunnen grote, gevestigde bedrijven helpen om innovatie te bevorderen die nodig is om wereldwijde emissiedoelstellingen te bereiken.

Nederland: drie inzichten in klimaattechnologie

Laten we nu onze blik richten op het Nederlandse klimaattech-landschap. Over het algemeen ziet Ledderhof dat de Nederlanders de potentiële risico’s van klimaatverandering bagatelliseren. ‘Ik kan me voorstellen dat dit een van de redenen is voor onvoldoende innovatiegerichte financiering.’

Hij wijst op de lange Nederlandse geschiedenis en ervaring met het aanpassen aan milieuomstandigheden. ‘De opwarming van de aarde zorgt ervoor dat de zeespiegel stijgt. Nederlandse bedrijven zijn zich daar goed van bewust. Maar water is altijd al een probleem geweest. Dus vragen mijn klanten mij: “Hoe is dit anders dan alles waar we al honderden jaren mee te maken hebben?” Bovendien heeft Nederland een systeem met bijvoorbeeld dijken, gemalen en waterschappen om iedereen te beschermen tegen de dreiging van het water.’

Wat ziet hij verder als kenmerkend voor de toestand van klimaattechnologie in Nederland? Hieronder volgen drie inzichten die zijn aandacht hebben getrokken:

1. Betrokkenheid van Nederlandse bedrijven is minder vergeleken met bedrijven wereldwijd

Ledderhof merkt op dat, kijkend naar de resultaten van het PwC-onderzoek, Nederlandse bedrijven aanzienlijk minder betrokken zijn bij investeringen in klimaattechnologie vergeleken met hun wereldwijde tegenhangers. Deze discrepantie is volgens hem zorgwekkend, omdat het wijst op een achterstand in innovatie binnen Nederland. Terwijl de betrokkenheid van bedrijven wereldwijd redelijk consistent blijft, is er in Nederland sprake van een daling, zowel op absolute als relatieve schaal. Deze verminderde deelname van Nederlandse bedrijven aan klimaattechnologie-initiatieven kan het vermogen van het land belemmeren om effectief te innoveren en uitdagingen op het gebied van klimaat of energietransitie aan te pakken.

2. Onzekerheid in het beleidsklimaat binnen Nederland

Ledderhof wijst ook op de aanzienlijke onzekerheid wat betreft het beleidsklimaat in Nederland, wat een opmerkelijke factor is in de daling van investeringen in klimaattechnologie en de betrokkenheid van bedrijven.

Hij verwijst naar het rapport Klimaat- en Energieverkenning van oktober 2024, gepubliceerd door PBL, het Planbureau voor de Leefomgeving. ‘Klimaatdoel voor 2030 uit zicht; aanvullende beleidsmaatregelen met snel effect nodig. Het is zeer onwaarschijnlijk dat Nederland zijn wettelijke klimaatdoel van 55 procent emissiereductie in 2030 zal halen’, aldus het rapport. Ledderhof: ‘Volgens het KEV-rapport is een van de redenen voor de verminderde waarschijnlijkheid dat Nederland zijn doelen haalt, de beleidsonzekerheid.’ Deze onzekerheid is verergerd door de acties van de nieuwe coalitieregering, wat heeft geleid tot verwarring over regelgeving en stimuleringsmaatregelen.

Het heeft een domino-effect gecreëerd dat de betrokkenheid van bedrijven belemmert. Deze onzekerheid leidt tot minder actie, wat weer leidt tot een afname in de inzet van noodzakelijke technologieën en oplossingen. Door deze verminderde inzet dalen de totale investeringen in de sector, omdat investeerders minder tastbare resultaten en rendementen zien. Naarmate de investeringen teruglopen, worden bedrijven steeds terughoudender om geld toe te wijzen aan innovatieve initiatieven en tech start-ups. Zo stagneert de cyclus van beleidsmatige onzekerheid niet alleen de directe vooruitgang, maar ondermijnt het ook de betrokkenheid en innovatie van bedrijven in het klimaattechnologie-ecosysteem op de lange termijn.

3. Nederland zit vast: durf versus roekeloosheid

De afname in financiering en innovatie heeft grotendeels te maken met risico, volgens Ledderhof. ‘Het geld is niet verdwenen. Het is niet zo dat Nederlandse pensioenfondsen, banken en bedrijven ineens zonder middelen zitten. De economie stort niet om ons heen in.’

Ledderhof suggereert dat er waarschijnlijk veiligere manieren zijn om rendement te behalen. ‘Dus, waarom zou een bedrijf hier investeringen mislopen? In Nederland bevinden we ons in een situatie waar we niet dapper genoeg zijn om de nodige toekomstige investeringen te doen, maar ook niet roekeloos zijn en vastgeroest zitten in verouderde praktijken zoals het boren naar olie. We proberen zowel dapper als voorzichtig tegelijk te zijn.’

Dit probleem is niet alleen beperkt tot Nederland, het speelt ook in andere delen van de EU. Ledderhof: ‘We zijn steeds minder een concurrerende economie. De energieprijzen hier zijn ongeveer drie keer hoger dan elders. De uitdaging is om deze kosten te verlagen. Door afstand te nemen van fossiele brandstoffen kunnen landen of continenten hun afhankelijkheid van speculatieve markten verminderen en hun kostenstructuren verbeteren, waardoor ze klimaatdoelen kunnen bereiken en tegelijkertijd investeringen stimuleren.’

Op dit moment blijven investeringen achter omdat veel bedrijven zich richten op het verlagen van kosten, wat uiteindelijk de langetermijn concurrentiepositie kan schaden door structurele tekorten te verankeren. Een van de meest opvallende inzichten is waarom een land als China zwaar investeert in groene energie en technologie. ‘Als je kijkt naar de sector van elektrische voertuigen (EV) in China en de aanzienlijke investeringen in zonne-, wind- en kernenergie, is het duidelijk dat groene technologie cruciaal is voor hun toekomst’, zegt Ledderhof. ‘Het is een langetermijnperspectief dat wij lijken te missen.’

Klimaattechnologie: de weg vooruit

Hoewel de uitdagingen aanzienlijk zijn, is er een duidelijke weg vooruit. Ledderhof is ervan overtuigd dat Nederland zijn momentum in de klimaattechnologiesector kan herwinnen door een uniform en coherent beleidskader te implementeren. Dit vraagt niet alleen om gedurfd leiderschap, maar ook om samenwerking tussen de overheid, industrie en samenleving op alle niveaus – in wezen een terugkeer naar het aloude poldermodel. Het potentieel voor innovatie, economische groei en een solide toekomst door een gezamenlijke aanpak van groene technologie is enorm.

Volgens de klimaatexpert gaat het oplossen van klimaatverandering over dingen anders doen. Doorgaan met dezelfde methoden die klimaatverandering veroorzaken, zal waarschijnlijk niet leiden tot oplossingen. Zelfs het optimaliseren van bestaande praktijken zou slechts een fractie van het probleem kunnen oplossen. Echte verandering komt voort uit het fundamenteel veranderen van hoe we dingen doen. Deze benadering legt de nadruk op collectieve actie en de implementatie van daadwerkelijke innovatieve producten en diensten. Deze verschuiving is echter uitdagend omdat het meer risico met zich meebrengt. Ledderhof: ‘Het financieren van technologische innovatie gericht op het maken van tastbare dingen en het veranderen van fysieke processen is inherent moeilijker dan winst genereren uit optimalisatietools met behulp van AI. Toch is dit het noodzakelijke pad vooruit om klimaatverandering effectief aan te pakken.