Voedselbanken Nederland zien een terugloop van 20% in de toevoer van essentiële producten. Dit is een onbedoeld neveneffect van de strijd tegen voedselverspilling van onder andere supermarkten en producenten. Hierdoor dreigt er deze winter een nijpend tekort te ontstaan voor de klanten van Voedselbanken Nederland. Een tekort dat de komende jaren naar verwachting verder toe zal nemen. Voedselbanken Nederland luiden daarom de noodklok. 

De Vereniging van Nederlandse Voedselbanken maakt zich grote zorgen om de dalende toestroom van goederen. De Voedselbanken zijn grotendeels afhankelijk van reststromen producten die fabrikanten en supermarkten niet meer verkopen. Vorige week maakte stichting Samen Tegen Voedselverspilling bekend dat supermarkten op koers liggen om in 2030 de voedselverspilling te halveren ten opzichte van 2015*. ‘Een hoopvolle tussenstand’ in de strijd tegen voedselverspilling, maar met een onbedoeld neveneffect.

Maatregelen, zoals aanbiedingen die supermarkten gebruiken om overgebleven voedsel met korting alsnog te verkopen, blijken goed te werken bij consumenten. Een goede ontwikkeling, maar hierdoor ontstaat een tekort aan gezonde levensmiddelen voor de Nederlandse Voedselbanken, in een tijd waar bestaanszekerheid het gesprek van de dag is.

Paul van Berkel, bestuurslid Voedselverwerving Voedselbanken Nederland, vertelt: “Voedselbanken Nederland zijn volledig afhankelijk van samenwerkingen en donaties om mensen die leven onder de armoedegrens en in voedselnood zijn te kunnen helpen. Momenteel zien we een zorgwekkende terugloop in het aantal goederen van alle grote leveranciers, terwijl het aantal klanten van de Voedselbanken helaas nog altijd erg hoog is. Dit vraagt een andere manier van samenwerken met levensmiddelen- en supermarktorganisaties om alsnog aan de vraag te kunnen voldoen. Als we dat niet doen dreigen de Voedselbanken niet alle klanten meer te kunnen helpen.”

Voedselbanken Nederland doen daarom een oproep aan organisaties om te kijken of zij een percentage van hun reguliere producten willen doneren. Als voorbeeld noemt de organisatie HAK. De groenten- en peulvruchtenfabrikant uit Giessen werkt al sinds 2012 samen met Voedselbanken Nederland. HAK is zich bewust van de zorgelijke situatie en doneert daarom naast producten uit de verspillingsstroom, ook reguliere producten. Het afgelopen jaar doneerde HAK 600.000 potten en zakken met groenten en peulvruchten.

Nicole Freid, CEO van HAK, vertelt: “We weten dat de Voedselbanken vooral in de wintermaanden, wanneer het oogstseizoen voorbij is, een grotere uitdaging hebben om hun klanten een voedzame maaltijd te geven. Wij vinden het belangrijk dat iedereen in de samenleving een gezonde maaltijd met groenten op tafel kan zetten. Ook wij zien dat door gericht beleid onze verspilling sterk is teruggelopen. Daarom vullen wij onze donatie aan de Voedselbanken aan met reguliere producten, zodat zij voldoende klanten kunnen blijven helpen.”

Naast de sector, kunnen ook burgers hun steentje bijdragen door lokale Voedselbanken financieel te steunen. “Als er te weinig voedzame producten binnenkomen, wordt er voedsel ingekocht bij (lokale) producenten en supermarkten. We gebruiken hiervoor financiële donaties, die we ook van burgers ontvangen. Dit is echter niet de ultieme oplossing. Daarom hopen we dat de levensmiddelenindustrie gehoor geeft aan onze oproep. Samen kunnen we onze klanten de winter door helpen en voedselnood in Nederland terugdringen.” Aldus Paul van Berkel.

*Wageningen University & Research maakt bekend dat in 2022 in 1,38 procent van al het aangeboden voedsel niet bij consumenten terecht kwam. Een jaar eerder, in 2021, was dit 1,6 procent