Dat is nou net wat voor ons!”, dacht Marianne van Sasse van Ysselt toen ze in 2016 in de Verenigde Staten in een winkel was waar alleen B Corp producten werden verkocht. De B van B Corp staat voor benefit: voor het ten goede komen aan mens én planeet. Precies wat Marianne en haar man René van Geer voor ogen hebben met Secrid, dat pasjeshouders (‘wallets) verkoopt op een manier waar – kort samengevat – veel mensen blij van worden. Inmiddels zijn we zes jaar verder en is Secrid een van de 285 B Corps die Nederland rijk is, volgens de laatste telling van het razendsnel groeiende netwerk. Mooie bonus: het certificeringsproces bleek zich prima te lenen als roadmap voor de organisatieontwikkeling die Secrid ongeveer tegelijkertijd inzette.

Co-founder René van Geer en impactmanagers Robin Foolen en Thomas Beekhuis zitten aan een ronde tafel in wat voor de argeloze voorbijganger een trendy café lijkt te zijn. We zitten echter in een van de smaakvol ingerichte werkruimtes van het hoofdkantoor van Secrid aan de rand van Den Haag. Houten tafels, kekke stoelen, kunst aan de muur, opvallend veel groen en boekenkasten: je zou er haast je intrek willen nemen. Het huiselijke interieur is tekenend voor de sfeer en de werkwijze van het bedrijf: the Secrid Way, zou je het kunnen noemen, maar zo’n slogan vinden ze bij Secrid te borstklopperig.

Maar wat is het dan, de ‘Secrid-manier’ waar jullie het over hebben?

Van Geer schuift op zijn stoel en lacht. “Simpele vraag, maar ja, jeetje. In het algemeen zijn bedrijven een vehikel om geld te verdienen. Ik spreek veel jonge ondernemers en die zijn er vaak op gericht om hun bedrijf zo snel mogelijk voor zoveel mogelijk geld te verkopen. Wij willen een andere wind laten waaien. Wij zien onszelf als aanjagers van wat we de Industrial Evolution noemen. Dat wil zeggen dat we produceren op een manier die de balans helpt herstellen tussen mens, dier en milieu. Bedrijven hebben een enorme stempel op de wereld gedrukt, de welvaart is enorm gestegen, maar nu is het hard nodig om het geldmachineprincipe te vervangen door een andere insteek. Een bedrijf kan enerzijds gezond zijn en anderzijds zo duurzaam en sociaal mogelijk omspringen met mensen en middelen. Door B Corp is dat vertaald naar ‘business as a force for good’. Toen we B Corp tegenkwamen dachten we dan ook: ja, dit is gewoon wie we zijn.”

Hoe gaat het in zijn werk om een B Corp te worden?

“Daarvoor vul je een online assessment in van zo’n 250 vragen,”, legt Foolen uit. “Toen we daar eenmaal mee bezig waren, merkten we: veel dingen die we doen, hebben we nooit concreet op papier gezet. Secrid is heel organisch gegroeid. De noodzaak om dingen vast te leggen was er nu ineens. Ook omdat we een paar maanden eerder hadden gekozen voor holacracy als organisatievorm. De B Corp- certificering hielp ons om een duurzaamheids-roadmap te maken en er intern een hogere prioriteit aan te geven.” Beekhuis verduidelijkt: “Het B Corp assesment helpt je om te bepalen: wat doe je wel en wat niet? Door je score zie je ineens heel duidelijk: hier doen we het al best wel goed en daar kunnen we nog wat verbeteren.”

Score? Werkt certificering op basis van een puntensysteem?

Van Geer knikt. “Voor certificering is 80 punten het minimum; 200 is het maximaal haalbare, maar dat is niet realistisch.” Foolen en Beekhuis analyseerden welke score voor Secrid haalbaar zou kunnen zijn en kwamen uit rond de 120 punten. Daar wil Secrid de komende jaren naartoe werken. Beekhuis: “Het assessment biedt handvatten voor concrete verbeteringen in de organisatie. Daarbij blijven we toetsen of dat ook in lijn is met wat wij als organisatie willen.” “Waar je voor moet waken is dat je te veel op de punten gefixeerd raakt”, benadrukt Van Geer. “Als je een verbetering wil doorvoeren, maar je ziet dat B Corp er geen punten aan toekent, denk dan niet meteen: dan laten we dat geld maar in onze zak zitten. Dat is een risico als je dingen gaat meten en toetsen. Dat B Corp er niks van vindt, maakt het niet minder belangrijk. Het B Corp label is ‘nice to have’, maar niet een doel op zich.”

Welk soort bedrijven zouden jullie aanraden om met B Corp aan de gang te gaan?

Daar hoeft Van geer geen seconde over na te denken: “Als je het belangrijk vindt. Ik hoop dat het bestaan van deze beweging ertoe leidt dat meer bedrijven zich gaan realiseren dat ze andere waardes belangrijk vinden. Het mooie is dat er onderzoeken zijn die laten zien  dat bedrijven die verantwoord omgaan met hun mensen en hun omgeving, in het algemeen beter presteren dan bedrijven die dat niet doen. Dat is de sterkste inspiratie voor bedrijven die nog niet zo ver zijn.”

Moet je een bepaalde omvang hebben om je de certificering te kunnen veroorloven, in termen van tijd en geld?

Foolen en Beekhuis wisselen een blik: wie trapt dit balletje in?  “Het invullen van het assessment is open en gratis, heel laagdrempelig”, begint de eerste. “Je gaat pas betalen als je daadwerkelijk gecertificeerd bent en de hoogte van de abonnementskosten die je betaalt is afhankelijk van de omzet die je draait. Een eenmanszaak kan net zo goed een B Corp zijn als een multinational.” “Qua tijd en energie”, neemt Beekhuis het over, “denk ik dat het het allermakkelijkst is als je het B Corp assessment gebruikt als handleiding om je bedrijf op te starten. Los van het feit dat het 250 vragen blijven. Daar moet je natuurlijk tijd voor reserveren. Wij zijn er met z’n tweeën ruim vier maanden mee bezig geweest, zo’n twintig uur per week. Dat geeft ook de kracht en de waarde van het label aan: je haalt het niet zomaar even.”

En nu we het daar toch over hebben, wil Foolen nog wel een tip meegeven: zorg dat je meer punten hebt dan de ondergrens van 80. “Toen wij ons assessment inleverden, stonden we op een score van 90 punten; uiteindelijk certificeerden we met een score van 85,5. We zijn punten verloren omdat we sommige zaken niet voldoende hard konden maken. De meeste bedrijven droppen nog 10 tot 20 punten na het inleveren van het assessment. Onze ervaring is dat je er het beste een B Corp specialist bij kan halen die je helpt bij de interpretatie van de vragen.”

Zijn die vragen dan niet eenduidig?

“B Corp komt uit Amerika”, antwoordt Van Geer. “Daardoor worden er andere accenten gelegd. Zo krijgt de vraag of mensen lid mogen worden van een vakbond relatief veel aandacht in het assessment. Hier is dat vanzelfsprekend, maar in de VS niet.”

Om B Corp te blijven, moet je je elke drie jaar opnieuw certificeren en jezelf blijven verbeteren. Hoe gaan jullie dat aanpakken?

Beekhuis en Foolen hebben een analyse gemaakt waaruit naar voren komt waar de meeste winst te behalen valt. Dat bleek op het vlak van Human Resources of, zoals dat bij Secrid heet: People.

Foolen: “We denken nu na over wat we zouden kunnen verbeteren. Bijvoorbeeld door vacatures zó op te zetten dat we actief inclusiviteit bevorderen.” In algemenere zin, vult Beekhuis aan, valt er veel te verbeteren op het beleidsstuk Diversity, Equity & Inclusion. Ook op het vlak van duurzaamheid vallen nog punten te scoren. Foolen: “Onze stappen richting gebruik van recycled aluminium passen daar bijvoorbeeld mooi in. Zo biedt B Corp ons een roadmap voor waar we ons het beste mee bezig kunnen houden.”Maar nogmaals”, vult Van Geer tenslotte aan, “Binnen onze eigen visie en waarden.”

Foto: Thomas Beekhuis en Robin Foolen (Quickvision Creative)