“De toekomst is elektrisch,” zei Ursula von der Leyen onlangs in haar State of the Union. Maar in Nederland dreigt die toekomst vast te lopen. Niet door gebrek aan nieuwe
elektrische auto’s, maar omdat de tweedehands EV-markt stagneert. Zonder een gezonde doorstroming naar de tweedehandsmarkt blijft elektrisch rijden vooral iets voor zakelijke
rijders, en blijft een elektrische auto voor veel huishoudens en ondernemers financieel buiten bereik. Dat is onwenselijk, want juist een brede groep moet kunnen meedoen als we onze
klimaatdoelen willen halen.
Om die kloof te dichten, moet het beleid zich niet alleen richten op de verkoop van nieuwe EV’s, maar juist op de groei van de tweedehandsmarkt. Die markt functioneert nog niet goed genoeg. De oorzaak ligt deels in het fiscale stelsel, dat onvoldoende doorstroming stimuleert.
Met de verkiezingen in aantocht ligt er een uitgelezen moment om dat te veranderen. Een volgend kabinet kan met heldere, langetermijnmaatregelen zorgen voor een stabiele, betaalbare EV-markt. Dat zou niet alleen de betaalbaarheid verbeteren, maar ook bijdragen aan de versnelling van de klimaattransitie.
Elektrisch rijden gaat verder dan de eerste eigenaar. Voertuigen kunnen langer meegaan, batterijen worden hergebruikt en productieprocessen worden steeds duurzamer. Dat lukt
echter alleen als EV’s niet massaal na een korte leaseperiode Nederland verlaten. Juist omdat de meeste nieuwe EV’s via zakelijke lease worden ingezet, is het cruciaal dat ze ook in Nederland een tweede leven krijgen.
Een uitbreiding van de youngtimerregeling naar elektrische voertuigen kan daarbij helpen. Het principe, lagere bijtelling op oudere auto’s, sluit perfect aan bij het doel om gebruikte EV’s langer in Nederland te houden. Gecombineerd met verlenging van de SEPP-subisidie ontstaat een aantrekkelijker aanbod voor mkb’ers en particuliere kopers.
Maar we dreigen nu juist een stap achteruit te gaan. Vanaf 2026 vervalt de verlaagde bijtelling voor elektrische auto’s, en geldt het standaardtarief van 22% over de volledige cataloguswaarde. Dat maakt elektrisch rijden voor zakelijke gebruikers relatief duurder en vergroot opnieuw de noodzaak van een breed aanbod tweedehands EV’s in de lease. Als Nederland nu geen duidelijk, voorspelbaar beleid kiest, verliezen we onze voorsprong in elektrisch rijden. Door het grote aantal EV’s in ons land en de hoge leasepenetratie ligt er juist híer een kans om koploper te blijven in duurzame mobiliteit.
Mijn oproep aan Den Haag is dan ook helder: versterk de tweedehandsmarkt, verleng de levensduur van elektrische voertuigen en geef elektrische auto’s in Nederland een tweede kans. Alleen zo wordt elektrisch rijden écht de norm.
Sander Pleij, algemeen directeur Ayvens Nederland

