Doen is belangrijker dan beloven. Dat was vorige week donderdag (25 maart) mijn antwoord op de vraag wat de belangrijkste uitdaging was op het gebied van duurzaamheid. Ik was te gast bij het webinar van Sustainable Brand Index™. Daar werden de officiële ranking en de resultaten van 2021 in Nederland bekend gemaakt. Albert Heijn is voor het vijfde jaar op rij door consumenten gekozen tot meest duurzame supermarktmerk van Nederland.

We zijn natuurlijk blij met deze uitverkiezing, het is namelijk erkenning van onze klanten voor veel werk wat er soms voor, maar vaak achter de schermen wordt gedaan. Vernieuwing en ook duurzaamheid zit in ons DNA. Of het nu gaat om gezondheid, transparante versketens, verpakkingen, milieu, voedselverspilling of dierenwelzijn.

We zetten vele stappen, ook als we het nog niet perfect voor elkaar hebben. We zien het als een reis. Je kan afstuderen op de eindbestemming, maar het past meer bij ons om alvast op weg te gaan in de goede richting. Natuurlijk komen we onderweg dilemma’s tegen. Wat goed is voor het milieu is niet per se goed voor dierenwelzijn. En minder plastic om producten is niet altijd zaligmakend, want dit kan leiden tot meer voedselverspilling.

Minder verpakkingen, minder plastic

De afgelopen drie jaar heeft Albert Heijn ruim zeven miljoen kilo verpakkingsmateriaal minder gebruikt. Bij onze klanten blijft dit vaak onopgemerkt: we vervangen bijvoorbeeld harde plastic deksels voor dunne folies bij het gesneden fruit en bij de notencups. De veel gekochte nasi- en macaronigroente zitten sinds kort in zakjes in plaats van bakjes. En de doppen op plastic waterflesjes zijn veel dunner. Ook nemen we zichtbare maatregelen: in 2020 hebben we gekleurd PET vervangen door transparant, gerecycled plastic. Zo hebben we afscheid genomen van de gele kipschaaltjes en – na veertig jaar- van het iconische blauwe champignonbakje. Ogenschijnlijk kleine stappen, maar bij elkaar telt het op.

De beste verpakking is een verpakking die over de gehele levenscyclus -van grondstof tot afval – leidt tot een zo klein mogelijke impact op de wereld om ons heen. Hierbij richten we ons op het verminderen, hergebruiken, recyclen en de inzet van hernieuwbare grondstoffen (het zogenaamde 4R-model: reduce, re-use, recyle en re-new). Veel stappen op dat terrein hebben we inmiddels gerealiseerd. Maar we weten ook dat de komende jaren meer creativiteit en innovatie nodig is.

Vorige week hebben we aangekondigd dat Albert Heijn stopt met zogenaamde hemdtasjes van plastic op onze groente- en fruitafdeling. Dat scheelt 130 miljoen tasjes en daarmee 243.000 kilo plastic op jaarbasis. Een mooie, maar ook spannende stap: zal de klant het duurzame, herbruikbare tasje als alternatief omarmen? Veel klanten zijn gelukkig enthousiast, anderen vragen waarom we geen papieren zakken introduceren. Dat is een hele bewuste keuze, want voor de productie van papier is veel water en energie nodig. Op basis van een gedetailleerde levenscyclusanalyse (LCA) weten we dat de herbruikbare tasjes een duurzamere oplossing zijn. En daar kies ik voor.

Klanten en duurzame keuzes

Voor mij is de klant het startpunt voor alles wat wij doen. De veranderingen in de wereld om ons heen, in het leven van onze klanten, gaan steeds sneller. De klant is de echte disruptor, zeker als het gaat om eten en drinken. Wij zullen moeten begrijpen hoe klanten het maximale uit hun budget willen halen, hoe ze denken over eten en hoe ze het liefst gemakkelijk boodschappen doen. En dus ook hoe zij denken over duurzaamheid.

Ik vond de inzichten uit het onderzoek dat Sustainable Brand Index™ vorige week presenteerde daarbij interessant. Bijvoorbeeld dat 69% van de mensen aangeeft wel eens met familie en vrienden te praten over duurzaamheid. Dat zie je helaas nog beperkt terug in gedrag. 43% van de respondenten zegt dat duurzaamheid een rol speelt bij de selectie van bijvoorbeeld een nieuwe energieleverancier. Dat is 21% bij de keuze van een tankstation. En in mijn branche: voor 32% van de respondenten speelt duurzaamheid een rol als ze eten en drinken kopen.

Wat ook opvalt, consumenten vinden duurzaamheid lastig te begrijpen. Ik kan me dat ook wel voorstellen: duurzaamheid is een containerbegrip, met veel verschillende aspecten die soms wel en soms niet tot de verbeelding spreken. En definities verschillen. Opvallend: 47% van de respondenten geeft aan te weten wat fairtrade is, 28% wat biodiversiteit is en 22% wat circulaire economie betekent. Conclusie van de onderzoekers: maak het allemaal niet onnodig moeilijk, wees duidelijk en consistent.

Ik ben het daar volledig mee eens. Maar dat is makkelijker opgeschreven dan gedaan in een wereld met zoveel verschillende meningen en dilemma’s. Het is daarbij interessant te weten dat niet iedereen vindt dat bedrijven geloofwaardig communiceren over duurzaamheid: 36% van de respondenten vindt bedrijven geloofwaardig. Daarentegen vindt 26% communicatie van bedrijven totaal niet geloofwaardig. Dat geeft te denken, ook voor mij.

Marit van Egmond, CEO Albert Heijn

Dit artikel is eerder verschenen op LinkedIn