De Bie werd door de commissie gehoord over zijn rol bij de wegenbouwers van Ballast Nedam. De controller regelde daar jarenlang de verrekeningen met de andere wegenbouwers. Daarbij werden de onderlinge tegoeden weggestreept door elkaar voorrang te geven bij opdrachten. Als dat niet mogelijk was dan werden de rekeningen met valse facturen vereffend.

De valse facturen waren niet te onderscheiden van normale rekeningen. Ook werden de totaalbedragen verdoezeld. ‘Een bedrag van 50.000 kwam dan terug als twee facturen met verschillende bedragen’, aldus De Bie. Volgens hem ging het om ongeveer vijf gevallen per jaar, waarmee gemiddeld een bedrag van 200.000 was gemoeid. ‘KPMG was ervan op de hoogte dat ik deze taak had. Ik heb wel eens verteld hoe het systeem werkte. De accountant wist dat er soms facturen gemaakt moesten worden’, zei De Bie. Van de accountant kwam destijds volgens hem geen reactie.

KPMG liet maandag weten niet op de vermeende fraudepraktijken in te willen gaan. ‘Wij praten niet over onze klanten.’ Accountants zijn wettelijk verplicht om fraude bij de ondernemingsleiding te melden. Ballast Nedam wil niet reageren op de getuigenis van De Bie.

Tijdens het verhoor van Heijmans-bestuurder Philip van den Hoven werd bekend dat de grote bouwondernemingen samen met de bouwerskoepel AVVB tevergeefs hebben geprobeerd bij de NMa een generaal pardon te krijgen. Dat bijkt uit notulen van de raad van bestuur van Heijmans, die in het bezit van de enquêtecommissie zijn. NMa-directeur Kist wilde eerst inzage in de praktijken en weigerde de bedrijven op voorhand een pardon te geven.

Uit notulen van Heijmans blijkt verder dat accountantskantoren overleg voeren over de vraag hoe om te gaan met de goedkeurende verklaring voor de jaarrekening in het licht van de bouwfraude.

Uit het verhoor bleek verder dat Heijmans beschikt over een directiekas, waaruit alleen de bestuursvoorzitter betalingen mag doen. Volgens Van den Hoven werd de kas alleen gebruikt bij overnames. De werknemers van het overgenomen bedrijf kregen uit de kas een compensatie voor het verlies van secundaire arbeidsvoorwaarden, zoals een autoregeling. Van den Hoven zei dat dergelijke regelingen bij Heijmans soms ‘meer rigide’ waren dan bij het overgenomen bedrijf. Tegelijk wilde Heijmans niet dat een dergelijke aanvulling algemeen bekend zou zijn binnen Heijmans. ‘Wij wilden voor de werknemers van Heijmans het beeld vasthouden van de formele regelingen.’

Van den Hoven verklaarde tegenover de commissie dat er bij Heijmans geen schaduwboekhouding heeft bestaan. ‘Wij hebben één administratie en dat is de financiële administratie.’ Ook de schaduwboekhouding van Koop Tjuchem, waarin Heijmans regelmatig wordt genoemd, is voor Van den Hoven geen aanleiding tot nader intern onderzoek. Verder verklaarde de Heijmans-bestuurder, die in de plaats van bestuursvoorzitter Joop Janssen getuigde, veelvuldig dat hij geen antwoord kon geven op de vragen van de commissie. Janssen is wegens ziekte afgetreden als bestuursvoorzitter. De enquêtecommissie liet tijdens het verhoor duidelijk merken ontevreden te zijn met de antwoorden die Van den Hoven gaf.