Wie is en wat doet Chris Dutilh?

Ik heb scheikunde gestudeerd en ben 34 jaar geleden, na afronding van mijn promotieonderzoek, in dienst getreden bij Unilever. Daar werkte ik in diverse functies op het terrein van research en ontwikkeling. Sedert 1990 heeft heb ik mij voornamelijk beziggehouden met de ontwikkeling van milieu- en duurzaamheidsbeleid, met name op het terrein van voeding. Daartoe ben ik actief geweest in diverse gremia, zoals de Milieucommissie van VNO-NCW en de Stichting Duurzame Voedingsmiddelenketen (DuVo), die ik begin jaren negentig samen met anderen heb opgezet. Inmiddels heb ik Unilever recent verlaten, en opereert nu vanuit een eigen adviesbureau.

Hoe kijkt u terug op je functie en al die jaren bij Unilever in relatie tot de ontwikkeling van duurzaamheid/MVO?

Unilever is al in de jaren negentig begonnen met het uitvoeren van Levenscyclus analyses. Door die aanpak is al vroeg gekozen voor een systematische keten benadering voor het verbeteren van de duurzaamheid. Voorbeelden daarvan zijn het duurzame landbouwprogramma en de start van het Marine Stewardship Council. Er is altijd veel ruimte geweest voor deze lange termijn aanpak, zonder korte termijn winstoogmerk.

Wat is nu een echt MVO-dilemma voor Unilever?

De geweldige druk op winstmaximalisatie, en de steeds korter wordende resultaat verplichting, maken dat veel bestuurders niet meer de moed hebben om voor langere termijn oplossingen te kiezen. Ook het feit dat consumenten niet massaal kiezen voor een duurzamer levensstijl helpt niet om hen in het duurzame spoor te houden. Als marketingbedrijf heeft Unilever bovendien een sterke neiging om grote verwachtingen te wekken, en juist dat werkt op het terrein van duurzame ontwikkeling verlammend.

Wijzigt Unilever haar productenpakket ook naar producten met een maatschappelijk nut?

Het productenpakket van Unilever richt zich op gezonde voeding en persoonlijke hygiëne, voor alle soorten leefomgeving. Individuele producten komen tot stand door zorgvuldige analyse van marktwensen enerzijds en maatschappelijke verwachtingen anderzijds. Door die aanpak hebben eigenlijk alle Unilever producten een maatschappelijk nut, al zullen sommigen daar wellicht genuanceerd over denken.

Hoe speelt MVO door in het reclamebeleid van Unilever?

Unilever houdt bijvoorbeeld rekening met maatschappelijke zorgen over beïnvloedbaarheid van kinderen door geen reclame te maken gericht op jonge kinderen op het moment dat ze TV kijken. Ten aanzien van duurzaamheidsaspecten van producten wordt op beperkte schaal reclame gemaakt, omdat dergelijke informatie consumenten niet aanzet tot koop.

Wat vindt u van de rol van de Nederlandse overheid op het gebied van MVO?

De Nederlandse overheid wil een stimulans geven aan de verduurzaming van de markt waarop zij koopt (duurzaam inkopen). Helaas is dat traject volledig verzuurd door de discussie over welke criteria nu wel, en welke niet een goede maatstaf zijn voor duurzaamheid, in plaats van het stimuleren van bedrijven om hun producten portfolio te verduurzamen. Op die manier is er vooral een verzuring ontstaan, die remmend werkt op de gewenste ontwikkeling.

Wat zou u nog wel eens wetenschappelijk onderzocht willen zien op het gebied van duurzaamheid?

Er wordt veel te weinig aandacht besteed aan de motivatie van de diverse spelers op het terrein van duurzame ontwikkeling. Daardoor wordt klakkeloos aangenomen dat informatie over duurzaamheid zal leiden tot de gewenste veranderingen, en niets is minder waar. Informatie leidt niet tot gedragsverandering, maar een veranderd gedrag leidt wel tot informatiebehoefte. Door gebrek aan onderzoeksresultaten praat iedereen elkaar na, en kunnen adviseurs, marketeers en politici ongestraft de meest onzinnige uitspraken (blijven) doen.

Is de consument nu al wat bewuster staande voor het schap in de supermarkt?

De consument is onveranderlijk alleen maar geïnteresseerd in eigen belang, kort samengevat in: lekker, gezond, veilig en goedkoop. Daar komt nog bij dat men wel met de aankopen thuis wil kunnen komen, dus een acceptatie van de omgeving. Anders uitgedrukt komt dat neer op sociale controle. Dat laatste wordt echter de laatste decennia zeer verafschuwd, en daarmee is het meest effectieve instrument voor het bevorderen van duurzaamheid over boord gezet.

Wat vind u nu de belangrijkste positieve ontwikkeling in Nederland in de afgelopen jaren dat heeft bijgedragen aan MVO?

De grote aandacht voor ketenbeheer heeft alle betrokken partijen ertoe gedwongen om duurzame ontwikkeling in het juiste perspectief te bezien. Door die benadering zijn in de meeste sectoren de meest nijpende duurzaamheidsproblemen in beeld gekomen.

Wat wilt u verder nog kwijt?

De snel groeiende vraag naar certificering geeft geheel ten onrechte de indruk dat langs die weg processen beter verlopen. Het tegenovergestelde is het geval. Certificering leidt af van de essentie, en wekt geheel ten onrechte de indruk dat met het behalen van een certificaat het doel bereikt zou zijn. Maar de enorme economische belangen bij certificeerders en adviesbureaus zullen het steeds lastiger maken deze ontwikkeling tegen te houden. Ook de houding van de overheid, die certificering ten onrechte beschouwt als een vorm van geprivatiseerde kwaliteitscontrole, helpt niet deze ontwikkeling in goede banen te leiden.