“Het groenste Regeerakkoord ooit”, zei D66-leider Alexander Pechtold bij de presentatie van Rutte III. Misschien had hij gelijk, maar Nederland kwam volgens het CBS in de jaren daarna niet van de laatste plaats in de rangschikking van Europa. Sinds 15 december 2021 sloten vier partijen een Coalitieakkoord. De negen maanden die zij voor de onderhandelingen namen is bij de mens voldoende voor een voldragen baby. Mogen deze vier ouders trots op hun duurzaam product zijn? 

Het Planbureau voor de Leefomgeving concludeert dat de historisch hoge ambities aansluiten bij de mondiale akkoorden, maar dat voor het bereiken van de doelen in 2030 naast grote geldfondsen en vrijwilligheid juist regelgeving nodig zal zijn. De coördinerend bewindspersoon voor de SDG’s en winnaar van de verkiezingen Sigrid Kaag zei op 8 juli 2021 bij het in ontvangst nemen van het Manifest Duurzaam Regeerakkoord: “Ik ben er groot voorstander van de SDG’s als kompas te gebruiken in het nieuwe regeerakkoord. De doelen zijn ook goed om uitdagingen beter te kwantificeren. Want meten is weten.”

In het Coalitieakkoord komen de SDG’s – net als bij Rutte III – slechts op één plek expliciet voor: bij ontwikkelingssamenwerking. Ze horen natuurlijk thuis in alle hoofdstukken. Niet alleen bij duurzaamheid, maar ook bij democratische rechtsorde, veiligheid en sterke samenleving, bestaanszekerheid en kansengelijkheid, welvaart en gezondheid.

In al deze hoofdstukken worden hier en daar wel gekwantificeerde doelen gesteld. Bij de groene onderwerpen wil Nederland in 2030 tot de Europese kopgroep behoren, hoewel de gestelde ambitieuze doelen ons op het gemiddelde brengen: 55% CO2-reductie en 74% areaal van stikstofgevoelige natuur in Natura 2000-gebieden naar een gezond stikstofniveau. Tot de duurzame doelen behoort ook dat de woningbouw wordt versneld naar 100.000 woningen per jaar, waarvan twee derde betaalbare huur-en koopwoningen. De gezondheidsdoelen van het vorige kabinet (obesitas, roken, alcohol) blijven gelden. Het aantal onnodige thuiszitters bij het onderwijs moet naar nul, de vergoeding voor kinderopvang wordt verhoogd tot 95% en het betaald ouderschapsverlof uitgebreid naar 70%.

De rest van de 50 bladzijden bevat aankondiging van instrumenten (regels, organisatie en geld) en veel gebruik van werkwoorden (verbeteren/tegengaan, aanpakken, etc.). Van instrumenten is het beoogde effect niet gekwantificeerd en de werkwoorden zijn helemaal niet te controleren. Geadviseerd is dat de nieuwe coördinerend bewindspersoon voor de SDG’s met een nationale strategie komt, waarin de onderlinge versterking van alle doelen kan worden bevorderd en een sterkere organisatie kan worden neergezet. Als in het Constituerend Beraad van de komende uren het advies niet wordt gevolgd deze functie elders te beleggen, zal de nieuwe Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking die klus moeten blijven klaren en zal het vermoedelijke niet van een nationale strategie en sterkere organisatie komen.

Hugo von Meijenfeldt, Senior Sustainability Advisor