Succesvol praktijkseminar Royal HaskoningDHV, Heineken en Desso over duurzaamheidsprogramma’s.

Hoe en waarom helpt een goed programma de duurzaamheidprestaties van een onderneming structureel verbeteren? Die vraag stond centraal op een praktijkseminar dat Royal HaskoningDHV afgelopen donderdag organiseerde. Naast gastheer Royal HaskoningDHV verzorgden Heineken (Jan Willem Vosmeer over Brewing a Better Future) en Desso (Rudi Daelmans over Cradle2Cradle2020) wervende presentaties over de waarde van een baanbrekend duurzaamheidprogramma.

Royal HaskoningDHV deed afgelopen maanden onderzoek naar het voorkómen van dergelijke duurzaamheidprogramma’s bij bedrijven. Opvallend is immers dat veel bedrijven die goed presteren op duurzaamheid en de waarde die daarin besloten ligt benutten, vaak beschikken over zo’n coherente benadering. Daarbij definieerden we eerst de belangrijkste bouwstenen van een goed duurzaamheidprogramma. Kernachtig samengevat:

  • Een goed programma is opvallend gebrand: het Sustainable Living Plan van Unilever, “KLM takes care” of “Think Blue” van Volkswagen zijn daar sprekende voorbeelden van. Het levert in- en externe herkenning en waardering
  • Inspirerende lange termijn doelen, waarvan concrete jaardoelen kunnen worden afgeleid zijn een onmisbaar element is een programma
  • Een programma geeft focus en richting: onder een overkoepelend programmadoel zijn welgekozen thema’s gedefinieerd, waarvoor themadoelen en samenhangende projecten zijn geformuleerd die bijdragen aan het programmadoel
  • Tenslotte is een goed programma gebaat bij een organisatorische structuur: een stuurgroep, projectgroepen en voldoende eigenaren en coördinerende betrokkenen in de organisatie. Een aanjagende en faciliterende en enkele keer trekkende rol is weggelegd voor de CSR director.

Van 65 onderzochte beursgenoteerde ondernemingen, bleek slechts een kleine 10% te rapporteren over de aanwezigheid van een dergelijk overkoepelend programma.  Tegelijkertijd gaf 80% aan wel over één of meer van de genoemde bouwstenen te beschikken. 30% noemt (een vorm van) lange termijn doelstellingen hoewel deze heel verschillend geformuleerd zijn. Opvallend is dus dat 30% zegt op lange termijn iets te willen bereiken, maar slechts ongeveer één derde daarvan aangeeft daar coherent op te sturen.

Juist ook om die coherentie en aansturing te realiseren richtte Heineken het Brewing a Better Future programma in. Dit overkoepelende programma, dat Heineken in 2010 lanceerde, stuurt heel gericht de prestaties van de brouwer op de kernthema’s water, de keten, CO2 en verantwoord alcohol gebruik. Op grond van een driemaandelijkse scorecard worden vestigingen op voortgang bemeten en beoordeeld. Simpel, aan de hand van stoplicht kleuren. Maak het gefocussed en maak het inzichtelijk, was een boodschap die een inspirerende Jan Willem Vosmeer zijn publiek voorhield.

Bij Desso ontstond het Cradle2Cradle 2020 programma meer werkenderwijs, daar waar dat bij Heineken gericht top-down werd ontwikkeld. Het Cradle2Cradle concept werkte dermate inspirerend dat de hele onderneming steeds meer op deze leest werd geschoeid. Inspirerend leiderschap bleek daar cruciaal: nooit heeft Desso vooraf berekend of C2C ‘uit zou kunnen’, maar het geloof bij de top en de aanmoediging van klanten die de meerwaarde van het concept herkenden, leiden tot een bedrifjsbrede uitrol. Het concept werd vervolgens door een Cradle2Cradle roadmap ondersteund en uitgevoerd.

Beide voorbeelden tonen duidelijk de meerwaarde van een programma aan om duurzaamheidprestaties gericht te sturen. Zeker in een fase waarin de aandacht voor duurzaamheid nog niet integraal in alle bedrijfsprocessen is geïncorporeerd.  Misschien heeft een goed duurzaamheidprogramma in die zin wel de ambitie zichzelf overbodig te maken. Tot die tijd kunnen veel ondernemingen nog leren van bedrijven als Desso en Heineken.