Onderzoek van Climate-KIC toont aan dat het Europese bedrijfsleven strategieën hebben ontwikkeld om te kunnen omgaan met klimaatverandering, maar dat deze door een gebrek aan focus en innovatie waarschijnlijk niet effectief genoeg zijn om binnen de marge van 2°C- mondiale temperatuurstijging te blijven. Het onderzoek van Climate-KIC, het EU kennis- en innovatie-orgaan over klimaatverandering, heet Sparking an Innovation Step Change. In het onderzoek wordt de bereidheid onderzocht van de C-suite van het Europese bedrijfsleven om radicale innovaties toe te passen. Dergelijke innovaties zouden van bedreigingen van klimaatverandering kansen kunnen maken.

De meeste Europese zakelijke leiders (63%) erkennen de regelgevingsrisico’s alsook de fysieke risico’s van klimaatverandering voor hun bedrijf. Hetzelfde aantal gelooft ook dat er groeikansen liggen doordat de vraag naar milieubewuste producten en diensten toeneemt. De meesten (59%) gaven aan dat ze een strategie hebben ontwikkeld om de risico’s en kansen van klimaatverandering aan te pakken.

Ondanks de goede bedoelingen van het Europese bedrijfsleven, zien slechts drie van de tien (29%) ruimte om klimaatverandering aan te pakken met innovatieve technologieën en werkwijzen. Nog minder, namelijk 14%, denkt dat er veel ruimte is om hun bedrijf naar een hoger niveau te tillen om zo minder grondstofverbruik en koolstofemissies te realiseren.

Een nog zorgwekkender inzicht uit het onderzoek is dat, ondanks de klimaatverandering, meer dan een derde (35%) van de ondervraagden aangeeft dat hun markt niet onderhevig is aan externe veranderingen, waardoor zij van mening zijn geen innovatie nodig te hebben.

Bij de onthulling van de onderzoeksresultaten in Parijs zei Bertrand van Ee, Chief Executive bij Climate-KIC: “Innovatie heeft in de meeste sociaaleconomische ontwikkelingen een cruciale rol gespeeld. Klimaatverandering is daar geen uitzondering op. Er is ruimschoots wetenschappelijk bewijs aanwezig dat de economie een wending moet nemen om binnen de 2°C-marge te blijven. Innovatie moet in het hart van die transitie staan.”

“Veel bedrijven lijken te zijn vergeten hoe ze moeten innoveren, of wachten af tot beleidsmakers met een wondermiddel komen. Die aanpak is een slechte weergave van het begrip van het bedrijfsleven voor de risico’s van klimaatverandering. Ook schatten zij de tijd niet goed in die het kost om radicale innovaties in de praktijk te brengen die de bedreiging verandert in een kans.”

Research & Development (R&D) afdelingen spelen een onmisbare rol in het bedrijfsleven om de behoeftes van de veranderende markt te identificeren en daarop in te spelen. Daarom waren zij een belangrijke focus voor het Climate-KIC onderzoek. Ondanks dat klimaatsverandering vaak op de agenda’s van het bedrijfsleven staat, blijkt vaak dat R&D-afdelingen onvoldoende kennis en kunde hebben om de uitdagingen omtrent koolstofemissies aan te gaan.

  • Minder dan vier van de tien (38%) R&D-afdelingen hebben voldoende expertise om te kunnen anticiperen op klimaatverandering
  • De meeste bedrijven (29%) investeren 10-20% van hun budget in R&D, maar bijna twee derde (63%) besteedt slechts 5% of minder van hun R&D-budget aan innovaties in antwoord op klimaatverandering
  • Een op de tien (11%) besteedt geen budget aan klimaat-gerelateerde innovaties

R&D-afdelingen worden aangemerkt als degenen met ‘het minst slechte’ begrip over hoe te reageren op klimaatverandering, maar uit het onderzoek komen ook andere afdelingen niet goed uit de verf.

  • Slechts 10% van de accounting en finance teams, welke een belangrijke rol spelen bij het vormen van de corporate strategie, hebben expertise over klimaatverandering
  • 6% van de HR-afdelingen, die verantwoordelijk zijn voor het aannemen van personeel met de kennis om klimaatverandering te bestrijden, begrijpen de uitdagingen waar we voor staan

Bij het onderzoek is ook gekeken naar de blokkades die hebben geleid tot een hang naar kleine stapjes. Ook is gekeken naar manieren om die cyclus te doorbreken. De resultaten zijn een duidelijk signaal naar de beleidsmakers op de COP21-bijeenkomst. Bedrijven hebben behoefte aan zekerheid, om zo de uitdaging met behulp van innovatieve middelen aan te gaan: slechts drie van de tien (30%) geven aan dat regelgeving omtrent klimaatverandering hen aanmoedigt om te innoveren in antwoord op klimaatverandering.

Het klimaatprobleem speelt zich op wereldwijd niveau af, daarom is er bij het onderzoek ook gekeken naar de samenwerking tussen de partijen die de bedrijven in staat stelt om de koolstof-gerelateerde problemen aan te pakken.

  • Twee derde (65%) vindt dat Europese concurrentieregelgeving de mogelijkheden beperkt voor het bedrijfsleven om samen te werken
  • Een derde (33%) gelooft dat het delen van kosten en middelen ervoor kan zorgen dat bedrijven efficiënter opereren en dat het bedrijfsleven hiermee onder andere de uitstoot van schadelijke gassen kan verminderen
  • 32% denkt dat het delen van testresultaten en best practices op het gebied van efficiency en het terugdringen van emissies hen kan helpen hier effectief op te reagerenin

Paul Simpson, CEO bij Carbon Disclosure Project (CDP), dat heeft bijgedragen aan het onderzoeksrapport zegt: “Voor de meeste bedrijven, vooral zij die actief zijn op de grondstoffenmarkt, is het niet toegestaan om met elkaar te discussiëren over de prijs van koolstof. Dat kan ertoe leiden dat zij beschuldigd worden van onwettige prijsafspraken. Ondernemingsrecht is erop gericht om monopolies te voorkomen, maar het kan ook duurzaamheid tegenwerken. Naar mijn mening moeten bedrijven eerst samenwerken om een duurzaam systeem te ontwikkelen, daarna zouden ze pas moeten concurreren.”

De ervaring van Climate-KIC als Europa’s grootste community om klimaatverandering tegen te gaan, leert ons dat het breder delen van informatie de concurrentie juist kan vergroten in plaats van verminderen. De bereidheid van het bedrijfsleven om samen te werken is een duidelijke mogelijkheid om regelgeving te ontwikkelen waarbij een bredere verspreiding wordt gestimuleerd van ingrijpende innovaties om klimaatverandering aan te pakken.

Van Ee voegt toe: “Het bedrijfsleven kan kiezen tussen het zelf opstellen van de benodigdheden voor een koolstofvrije toekomst, of gevormd worden door het beleid. Opleiding is nodig om de leiders in het bedrijfsleven van de juiste kennis te voorzien om hen naar een hoger, meer systematisch niveau te tillen. Bedrijven moeten actief deelnemen aan de innovatiereis; het ontwikkelen van kanalen voor grootschalige innovaties in hun bedrijfsvoering. Dat maakt hen veerkrachtiger en zo kunnen ze een betere voortrekkersrol spelen.”

Wetenschappers schatten dat bedrijven met behulp van de juiste technologieën de intensiteit van hun emissies tot wel 25% kunnen reduceren, met innovaties kan daar nog eens 20% vanaf, voordat de limieten van technologische mogelijkheden zijn bereikt bij een aantal energie-intensieve sectoren[1].

Download a copy of the report

[1] IPCC, 2014.