Deloitte publiceert vandaag de Energie Transitie Monitor (ETM) tijdens Recharge Earth, het jaarlijkse congres over de energietransitie dat wordt gehouden in Ahoy op 6 en 7 september. De ETM geeft een uitgebreid beeld van de huidige stand van de energietransitie in Nederland. Er is onderzocht wat de voortgang is van de transitie vanaf 1990 en bijvoorbeeld welke industriële gassen daadwerkelijk zijn gereduceerd. Zo blijkt dat de uitstoot van industriële broeikasgassen met zo’n 44 procent is gedaald, maar die van COnauwelijks en met name door productie reductie; de echte transitie naar duurzame productie moet nog beginnen.

De energietransitie is misschien wel de grootste uitdaging van deze tijd. Nederland heeft tot nu toe goede vooruitgang geboekt. Maar om de emissiedoelstellingen van 2030 en later te behalen moeten fundamentele keuzes worden gemaakt. Een succesvolle energietransitie is afhankelijk van het nemen van de juiste beslissingen. Dat het tempo omhoog moet staat ook vast.

Om de doelstellingen uit het klimaatakkoord in Nederland in 2030 te halen, moeten er 570 laadpalen per dag worden geïnstalleerd. Daarnaast zouden we de verwarming van 600 huizen per dag moeten elektrificeren en om de dag 1 windmolen moeten bouwen tot 2050. 

De Deloitte Energie Transitie Monitor wordt vandaag gepubliceerd, ongeveer halverwege de transitietijdschaal: van 1990, het gemeenschappelijke referentiejaar, tot aan 2050, wanneer de netto nuluitstoot moet zijn bereikt. De gevolgen van de klimaatverandering wereldwijd worden steeds duidelijker. Dit is een relevant moment om de balans op te maken van de tot nu toe geboekte vooruitgang. Vervolgens kijken we naar wat er moet gebeuren om de verduurzaming van Nederland verder te brengen.

Belangrijkste bevindingen uit het rapport

  1. De industriële sector heeft zijn uitstoot het meest verminderd. Maar dit is vooral bereikt door terugschakelen van productie, de laatste jaren, onder druk van hoge energieprijzen.
  2. De nationale energie-gerelateerde emissies zijn in 2022 met 32% verminderd (ten opzichte van 1990). Hierbij worden echter de emissies van de internationale lucht- en scheepvaart buiten beschouwing gelaten, net als die van geïmporteerde producten.
  3. 15% van de energie in Nederland gebruikte energie, is afkomstig van hernieuwbare energiebronnen, voornamelijk biomassa. De opwekking van schone elektriciteit door wind- en zonne-energie laat een sterke groei zien
  4. Elektrificatie biedt het grootste potentieel voor het vergroten van het gebruik van hernieuwbare energiebronnen, maar de vooruitgang is beperkt. Elektrische voertuigen vertegenwoordigen slechts 1,5% van het energieverbruik van de mobiliteitssector.
  5. Gemiddeld gebruikt één op de drie huishoudens nu ten minste één schone energietechnologie; een zonnepaneel, elektrische auto of warmtepomp en dit percentage groeit snel.
  6. Hoewel het publieke sentiment meer gepolariseerd wordt, heeft de Nederlandse energietransitie echt successen geboekt, zoals de hoogste adoptie van zonnepanelen in de EU en het aanbod van EV-laadstations per hoofd van de bevolking. Daarnaast wordt 40% van de elektriciteit van Nederland nu opgewekt uit hernieuwbare energiebronnen.

Nederland heeft een uitstekend potentieel voor offshore-windenergie, een al lang bestaande industriële sector en een toonaangevend onderwijssysteem, waardoor we als land goed gepositioneerd zijn om als een ​​mondiale blauwdruk voor een succesvolle energietransitie te dienen.

“Nederland staat voor een aantal belangrijke en noodzakelijke keuzes”, zegt Oscar Kraan, manager strategy bij Deloitte. “Gaan we de-industrialiseren in Nederland of gaan we echt verder verduurzamen? Overheid en het bedrijfsleven moeten echt samen de weg verder uitstippelen, en hier ook het brede publiek in meenemen. Niemand wil eigenlijk windmolens in zijn achtertuin, maar de energietransitie gaat ons allemaal aan.”

Tempo energietransitie moet omhoog

Het huidige tempo van de vooruitgang is echter te laag om de doelstellingen voor 2030 en later te halen. De energietransitie moet dus versnellen en er liggen moeilijke beslissingen in het verschiet waar we in dit rapport verder op in gaan.

Het publieke sentiment,  in combinatie met de feiten gepresenteerd in de Energie Transitie Monitor, zijn een startpunt om de discussie, de samenwerking en besluitvorming die ons naar een succesvolle energietransitie leidt, verder te brengen.