Dat bleek deze week aan het slot van de presentatie van het onderzoek ‘ABN Amro en de diamanthandel’ uitgevoerd door de Stichting onderzoek multinationale ondernemingen (SOMO) in opdracht van Het Nederlands Instituut voor Zuidelijk Afrika (NIZA).

Peter Gross, hoofd van de diamant-afdeling van ABN Amro in Antwerpen beklemtoonde dat hij zich als een strategische partner van de ngo’s beschouwt: ‘We vechten voor dezelfde zaak, omdat we beiden de diamant-industrie gezond willen houden.’

Woordvoerder van Fatal Transactions Henk van den Heuvel, herhaalde dat de illegale handel de financiering van bloedige burgeroorlogen in landen als Congo, Angola en Sierra Leone mogelijk maakt. De internationale diamantwereld doet te weinig om deze handel te weren, stelt Fatal Transactions.

Deze illegale handel bedraagt naar schatting 4 procent van de wereldhandel in ruwe diamanten, met een waarde tussen 300 en 400 miljoen dollar. De totale productie van ruwe diamant is 7,5 miljard dollar waard.

Van den Heuvel benadrukt dat pogingen om hier iets aan te doen van de VN in samenwerking met de World Federation of Diamond Bourses – het Kimberley-proces – te traag gaan. Bedoeling van het Kimberley-proces is onder meer om een sluitend certificeringssysteem te ontwikkelen, om zo diamanten die uit conflictgebieden afkomstig zijn uit de handel te kunnen weren.

Ook Gross vond het Kimberley-proces ‘frustrerend traag gaan’; Hij stelde dat de legale diamantindustrie erg belangrijk is voor de economie van zich ontwikkelende landen als Botswana, India, Rusland, Namibie en Zuid-Afrika. ‘Wij hebben er zelf belang bij en het gaat om inkomen en werk van vele miljoenen mensen. Het kleine marktaandeel conflictdiamant kan de hele sector besmeuren.

Gross zei dat ABN Amro in de financiële wereld koploper is in de aanpak van deze illegale handel. De grosso modo 500 diamantairs kregen een brief met de waarschuwing meteen als klant geschrapt te worden als ze in bloeddiamant handelen.

Gross: ‘onze klanten zijn, zover wij weten, niet bezig met onwettige handel in diamanten’.

Maar volgens het NIZA en andere ngo’s kan de bank dat niet met voldoende zekerheid zeggen. Volgens de organisaties kan ABN Amro meer doen om deze illegale handel in te perken. De ngo’s vinden dat ABN Amro beter moet letten op haar maatschappelijke verantwoordelijkheid in de internationale diamanthandel door een veel actievere rol te spelen in het controleren van de diamanthandel die ze financiert.

Eind 1999 bedroeg de totale bankschuld van de wereldwijde diamantindustrie bij banken 5,7 miljard dollar. ABN Amro financiert een derde hiervan, blijkt uit het Somo-onderzoek. Daarmee is deze bank de grootste geldverstrekker in deze industrietak.

Van den Heuvel stelt dat het bekend is dat zelfs certificaten van officiële instanties in productielanden vaak vervalst worden of gewoon op straat verkocht. ‘Je moet dus meer doen om de herkomst te controleren en daar bestaan ook mogelijkheden toe.’

Het NIZA pleit voor een internationale certificering van de stenen van grondstof tot eindproduct. Bij aankoop van een diamant bij de juwelier moet de klant een harde garantie krijgen dat hij een ethisch verantwoorde diamant aanschaft.

Gross stelt dat het niet de taak is van een bank om wetgeving te schrijven of grenzen te controleren : ‘Wij zijn net zo afhankelijk van de uitkomst van het Kimberley-proces als jullie.’