Hans Alders: ‘ We moeten de omslag maken naar groene groei in ecologisch, economisch èn sociaal opzicht. Alleen dan kunnen we een economisch en ecologisch faillissement voorkomen, grondstoffenzekerheid voor de industrie garanderen, armoede uitbannen en een groeiende wereldbevolking voeden en kans bieden op een menswaardig bestaan.”
Die omslag moet ook in andere landen worden gemaakt. Nederland kan met haar kennis en kunde op gebieden als landbouw, chemie en water- en natuurbeheer daarin een belangrijke en kansrijke rol vervullen.

Bedrijven voorop
De Taskforce ziet een belangrijke rol voor bedrijven bij de noodzakelijke omslag naar Groene Groei. Maar die kunnen het niet alleen. Hans Alders,voorzitter van de Taskforce: “Zonder een actieve overheid, die bereid is te investeren, koplopers te ondersteunen en waar nodig achterblijvers te straffen, is de overstap naar groene groei niet mogelijk. Een overheid die alleen maar aan de zijlijn applaudisseert, kijkt naar een wedstrijd met uitsluitend verliezers.”

Na de overhandiging werd een intentieverklaring getekend tussen rijksoverheid, de oprichters van het platform ‘Biodiversiteit en Bedrijfsleven’ (VNO-NCW, LTO-NL, MKB-NL en IUCN-NL) en de voorzitter van de Taskforce. De partijen spraken de intentie uit om te komen tot een uitvoeringsagenda voor een groot deel van de aanbevelingen van de Taskforce.

Kern aanbevelingen

1. Stop biodiversiteitveries in 2020. Niet door alles overal te behouden, maar door ervoor te zorgen dat er per saldo geen verder verlies optreedt (No Net Loss).

2. Halvering van de ecologische voetafdruk van de Nederlandse burger per 2030. Wij gebruiken een aanzienlijk groter areaal vruchtbaar land dan voor de gemiddelde wereldburger beschikbaar is. Met een halvering van de voetafdrukkomen we in de buurt van een Fair Earth Share.

3. Focus de internationale samenwerking op duurzaam gebruik van biodiversiteit en natuurlijke hulpbronnen, ook met het oog op de wereldvoedselvoorziening en het klimaatbeleid.

4. Bevorder efficiënt landgebruik voor voedsel én natuur. Door de landbouw te optimaliseren op de daarvoor meest geschikte locaties. En door de natuur beter te beschermen en ruimte te geven in samenhangende ecologische netwerken.

5. Geef biodiversiteit en de diensten die ecosystemen de maatschappij leveren (economische) waarde en laat die waardemeewegen in beleid, in investeringsbeslissingen en bedrijfsstrategieën

6. Werk toe naar een duurzame BiobasedEconomy. Eén die niet langer zwaar leunt op fossiele energie en grondstoffen, maar op duurzame energiebronnen en hernieuwbare grondstoffen.

7. Zorg voor bewustwording van politici, burgers, bedrijven en de generaties van de toekomst en creeer draagvlak voor de gewenste transitie naar een groene economie. Middelen: een netwerkcampagne, onderwijs en ruimte geven aan locale biodiversiteitplannen.