ChemistryNL heeft in samenwerking met de ministeries van Klimaat en Groene Groei (KGG), Infrastructuur en Waterstaat (I&W) en Economische Zaken (EZ) de nieuwe Kennis- en Innovatieagenda (KIA) Circulaire Chemie en Materialen gelanceerd. Deze KIA geeft samen met de KIA Circulaire Economie invulling aan het innovatiethema Circulaire Economie.
De agenda werd woensdag in ontvangst genomen door Afke van Rijn (ministerie I&W), Erwin Nijsse (ministerie EZK) en Karlo van Dam (ministerie KGG). De nieuwe KIA laat zien waar innovatieve chemie met kennis en technologie kan bijdragen aan de grote maatschappelijke opgaven van deze tijd: de grondstoffentransitie, de energietransitie, het versterken van strategische autonomie en het toekomstig verdienvermogen van Nederland.
Drie prioritaire domeinen
De chemie speelt een cruciale rol in het realiseren van een circulaire economie en het vervangen van fossiele grondstoffen door duurzame alternatieven. De agenda benoemt daarom drie prioritaire domeinen waar circulaire chemie een doorslaggevende bijdrage levert: chemie voor circulariteit, chemie voor de energietransitie en chemie voor strategische relevantie en weerbaarheid.
Deze prioriteiten zijn in lijn gebracht met de Nationale Technologiestrategie (NTS) en sluiten aan bij technologiegedreven groeimarkten waarin Nederland een sterke positie kan opbouwen, zoals batterijtechnologie, circulaire polymeren, duurzame bouwmaterialen en geavanceerde materialen voor hightech toepassingen. De agenda vormt een inhoudelijke basis voor toekomstige investeringsprogramma’s en (inter)nationale samenwerkingen.
Betrokkenheid VNCI
De VNCI was nauw betrokken bij de totstandkoming van de KIA. “Deze KIA geeft richting aan innovatie voor circulaire chemie en materialen, iets wat dringend nodig is om de transitie naar een circulaire economie mogelijk te maken”, zegt Lisanne Blom, beleidsadviseur Innovatie bij de VNCI. “We zijn blij dat het belang van een goede samenwerking tussen het bedrijfsleven en de kenniswereld benadrukt wordt. Ook biedt het document kennisvragen voor de ombouw van bestaande industrie én de opbouw van nieuwe bedrijvigheid.”
Bron: VNCI



