Vandaag heeft het Europees Parlement zijn standpunt ingenomen over het voorstel van de Commissie voor een wijziging van de EU-klimaatwet. Deze wet stelt een nieuwe, tussentijdse en bindende EU-klimaatdoelstelling voor 2040 vast: een vermindering van de netto-uitstoot van broeikasgassen met 90% ten opzichte van 1990.
Flexibiliteit voor lidstaten
De Europarlementariërs zijn van mening dat de groene transitie en het verbeteren van het concurrentievermogen van de EU hand in hand gaan. Ze zijn het daarom eens met het voorstel van de Commissie om nieuwe flexibiliteit te introduceren in de manier waarop deze doelstellingen kunnen worden bereikt.
Vanaf 2036 kan tot vijf procentpunten van de netto-emissiereductie afkomstig zijn van hoogwaardige internationale koolstofkredieten uit partnerlanden, maar het Parlement wil garanties dat hiervoor robuuste waarborgen gelden. De Commissie had een plafond van maximaal drie procentpunten voorgesteld.
De Europarlementariërs willen ook de mogelijkheid dat binnenlandse permanente koolstofverwijdering wordt gebruikt ter compensatie van moeilijk te verminderen emissies binnen het EU-emissiehandelssysteem (EU ETS), evenals meer flexibiliteit binnen en tussen sectoren en instrumenten om zo kosteneffectief mogelijke doelstellingen te behalen.
Het Parlement steunt een voorstel van de lidstaten om de invoering van EU ETS2 met een jaar uit te stellen, van 2027 tot 2028. ETS2 heeft betrekking op CO2-uitstoot door verbranding van brandstoffen in gebouwen en wegvervoer.
Herziening van de doelstelling voor 2040
Het Parlement wil dat de Commissie om de twee jaar de voortgang richting de tussentijdse doelstellingen beoordeelt, rekening houdend met de meest recente wetenschappelijke gegevens, technologische ontwikkelingen en het internationale concurrentievermogen van de EU.
De herziening zal onder andere de status van de netto-uitstoot op EU-niveau beoordelen in vergelijking met wat nodig is om de doelstelling voor 2040 te halen, evenals opkomende problemen en de mogelijkheden om het industriële concurrentievermogen van de EU te versterken. De herziening zal ook rekening houden met trends in energieprijzen en de gevolgen daarvan voor zowel bedrijven als huishoudens.
Naar aanleiding van de conclusies van de herziening zal de Commissie indien nodig een wijziging van de EU-klimaatwetgeving voorstellen. Dit kan inhouden dat de doelstelling voor 2040 wordt aangepast of dat aanvullende maatregelen worden genomen om het ondersteunende kader te versterken, bijvoorbeeld om het concurrentievermogen, de welvaart en de sociale eenheid van de EU te waarborgen.
Volgende stappen
De tekst werd aangenomen met 379 stemmen voor, 248 tegen en 10 onthoudingen. Het Parlement is nu klaar om met de lidstaten te onderhandelen over de definitieve vorm van de wet.
Meld je aan voor de wekelijkse nieuwsbrief Klimaat & Energie om op de hoogte te blijven!
Bron: Europees Parlement

