De Europese bouwsector staat voor een structurele omslag: van CO₂-reductie naar CO₂-opslag.Met de nieuwe ECTP Position Paper on Biobased Materials zetten TNO, STAM en VTT samen met Europese partners de lijnen uit voor beleid en innovatie tot 2040.Een helder signaal richting Brussel: biobased bouw is geen niche meer, maar een strategische industrie.

Samenvatting

De ECTP-positiepaper schetst een Europese routekaart tot 2040 voor het opschalen van biobased materialen in de bouw. Het document is zowel een strategische agenda (voor onderzoek, innovatie en beleid) als een standpuntbepaling richting de Europese Commissie over de rol van biobased bouwmaterialen in de klimaat- en circulaire transitie.

De paper stelt dat biobased materialen een essentiële pijler zijn voor de Europese Green Deal, de Circular Economy Action Plan (CEAP) en de Energy Performance of Buildings Directive (EPBD IV). Ze dragen niet alleen bij aan emissiereductie, maar ook aan CO₂-opslag, biodiversiteit en regionale grondstoffenzekerheid.

Belangrijk uitgangspunt: De bouwsector moet van “low carbon” naar “carbon storing” — gebouwen als CO₂-buffers. Dit vraagt om nieuwe normen, waarderingsmethoden en financiële prikkels die biogene koolstofopslag erkennen.

Doelbeeld 2040: Een Europese bouwsector die circulair, koolstofneutraal en veerkrachtig is, waarin biobased materialen standaard worden toegepast, met sterke regionale waardeketens en een volwassen certificering en marktinfrastructuur.

Hoofdinhoud

Huidige stand

Slechts 2–10% van de toegepaste materialen in de bouw is biobased. De belangrijkste markten zijn hout en houtproducten, gevolgd door hennep, vlas, stro, mycelium en biocomposieten. De opschaling verloopt ongelijkmatig per regio.

Knelpunten

  • Strenge normen en trage certificeringsprocedures (o.a. CE-markering)
  • Onvoldoende industriële schaal en beperkte pilotcapaciteit voor MKB
  • Gebrek aan geharmoniseerde rekenregels voor CO₂-opslag in EPD’s
  • Onzekerheid over beschikbaarheid van grondstoffen en duurzaamheid van biomassaketens
  • Kennis- en vaardighedenkloof bij ontwerpers, bouwers en toezichthouders

Ontwikkellijnen

  • 2025–2030: demonstraties en nichemarkten, versnelling via publieke inkoop en pilots
  • 2030–2035: industriële opschaling, standaardisatie, marktintegratie
  • 2035–2040: volledige mainstreaming, uniforme regelgeving, digitale traceerbaarheid en geïntegreerde koolstof- en biodiversiteitscredits

Visie op rol van biobased bouw

Biobased materialen zijn niet alleen een vervanging van fossiele producten, maar een drager van systeeminnovatie: circulaire ketens, nieuwe industriële hubs, regionale werkgelegenheid en multifunctionele materialen (bijv. vochtregulerend, energie-opslag, zelfherstellend).

Koppeling met beleid

De paper sluit aan bij en beïnvloedt Europese dossiers zoals de herziening van de Construction Products Regulation (CPR), de CRCF (Carbon Removal Certification Framework), de Bioeconomy Strategy, en de New European Bauhaus (NEB).

Belangrijkste beleidsaanbevelingen

  1. Publiek-private innovatieprogramma’s Stimuleer R&D-partnerschappen tussen industrie, kennisinstellingen en overheden om de kloof tussen lab en markt te dichten. Focus op TRL 6–8 demonstraties en opschalingsfaciliteiten.
  2. Versnelde certificering en standaardisatie Richt een fast-track route in binnen de CPR (artikel 113c) voor biobased producten, inclusief geharmoniseerde testmethoden voor brandveiligheid, vochtgedrag en biogene koolstofopslag.
  3. CO₂-opslag en credits Integreer biogene koolstofopslag expliciet in LCA-methoden, EPD’s en aanbestedingscriteria. Maak toegang tot carbon-creditmarkten mogelijk voor biobased bouwproducten.
  4. Ondersteuning van het MKB Verlaag de kapitaal- en certificeringsdrempels via:
  5. Publieke inkoop als versneller (GPP/CPP) Veranker biobased en circulaire criteria in Europese aanbestedingen en aanbestedingsrichtlijnen. Gebruik overheidsprojecten als “launching customers”.
  6. Onderwijs en vaardigheden (NEB Academy) Investeer structureel in onderwijs en training, zowel op universiteiten als in beroepsonderwijs en vakopleidingen. Biobased competenties moeten onderdeel worden van architectuur- en bouwcurricula.
  7. Grondstoffenzekerheid en biodiversiteit Ontwikkel een EU-brede strategie voor duurzame biomassa, inclusief criteria voor landgebruik, biodiversiteitswinst en lokale waardeketens.
  8. Monitoring en actualisatie Update de roadmap elke drie jaar met nieuwe data over marktaandeel, emissiereductie en innovatievoortgang.

Kort oordeel: De ECTP-paper is bedoeld als beleidskader voor de Europese Commissie en lidstaten om biobased bouw als structurele pijler in klimaat- en industriebeleid te verankeren. Het combineert wetenschappelijke onderbouwing met concrete voorstellen voor regelgeving, investeringsprogramma’s en onderwijs.

Jan Willem van de Groep,  Programmaregisseur