Er zijn gelukkig al heel veel initiatieven op het gebied van ecologisch ondernemen en ik meen oprecht dat al die ondernemingen tot voorbeeld kunnen dienen van de overgrote meerderheid van ondernemingen die zeggen het te willen gaan doen, maar het nog niet doen, en de ondernemingen die zich middels greenwashing praktijken in feite mooie sier maken maar hun verantwoordelijkheid uit de weg gaan.

Toch, en dat is jammer, zijn veel praktijken fragmentarisch en dat betreur ik omdat onze aarde en wij als mensheid alleen gediend zijn bij een aanpak die een effect hebben op alle aspecten van de ecologie. Dus niet alleen kijken naar klimaat maar ook actief zijn op de andere aspecten, zoals biosfeer, biodiversiteit, leefwereld, milieu, inclusiviteit, diversiteit en circulariteit.

Een voorbeeld ter verduidelijking:

Elektrisch rijden draagt bij aan de reductie van CO2-uitstoot en een afbouw van fossiele brandstof. Dat is het positieve ervan maar helaas blijft het daar ook bij want het negeert de negatieve impact op biodiversiteit (bodemvernietiging), inclusiviteit (uitsluiting van bevolkingsgroepen), diversiteit (verjagen van mensen van hun geboortegrond omdat daar het kostbare kobalt ligt) en circulariteit omdat slechts een minuscuul gedeelte van de batterijen wordt gerecycled of hergebruikt.

In 2015 lanceerde de Verenigde Naties de Sustainable Development Goals: doelstellingen om duurzaamheid te realiseren. De lidstaten van de VN hebben toen toegezegd dat zij tot Nationale plannen zouden komen en als we bekijken waar de 193 lidstaten nu staan, dan is de conclusie helder, namelijk dat we deze goals nooit gaan realiseren. Ook niet in Nederland. Soms vinden we van onszelf dat we het zo goed doen maar de eerlijkheid gebied ons toe te geven dat we het helemaal niet zo goed doen.

Een nieuw begrip

In 2018 lanceerde ik het begrip EcQ (spreek uit eccu) Ecologische Intelligentie. Het drong steeds meer tot mij door dat we leven binnen de begrenzing van onze biosfeer. Dat is het gedeelte van de aarde waar leven mogelijk is. En als je dan beseft dat de biosfeer zich uitstrekt tussen 8 kilometer boven de aarde tot op de diepte van de zeebodem, dan spreek je over een relatief klein gebied. Het is wel het leefgebied van alle levende organismen, waaronder dus ook wij, de mens.

Het gaat niet goed met die biosfeer en dat heeft te maken met de wijze waarop wij leven en consumeren, een gedrag dat, als we er niet zorgvuldig mee omgaan, ten koste gaat van die biosfeer, die van levensbelang is. We hebben inmiddels al zo’n 60% van de grondstoffen die onze aarde bezit verbruikt. Het is moeilijk je daar een voorstelling van te maken. Er is immers genoeg? Ons gedrag getuigt van achteloosheid, gemakzucht en nalatigheid.

De aarde bestaat zo’n 4 miljard jaar. Als we dit omzetten in seconden en ook het leven van de mens, dan bestaat de mens slechts enkele seconden en in die tijd hebben we al 60% van wat er beschikbaar is verbruikt. Het is belangrijk dat we ons consumptie- en leefpatroon drastisch veranderen voor onszelf en voor allen die na ons komen. Dit alles intrigeerde mij dusdanig dat ik daar een bijdrage aan wilde leveren en er een boek over geschreven heb, dat recentelijk is uitgekomen. Ik leg daarin uit wat ecologische intelligentie is en hoe we het kunnen gebruiken om bewustwording te stimuleren, zodat we EcQ met z’n allen in de breedte van het ecologisch spectrum kunnen inzetten. Als de overheid, iedere ondernemer en ieder individu zich meer realiseert wat de ecologische gevolgen van zijn/haar handelen en consumeren is, blijven we samen op weg in een leefbare en levende aarde.

Het is een boek waarin ik niet met een vingertje wijs naar wat fout gaat. Ik maak duidelijk en probeer de lezer bewust te maken dat het anders kan. Ik lanceer ook een methode om integraal met onze ecologie om te gaan, namelijk de ecologische sterren classificatie. Als ik die classificatie toepas op mijn eerdere voorbeeld van elektrisch rijden dan komt er het volgende uit:

Een dergelijke classificatie maakt potentiele kopers duidelijk of zij ecologisch goed bezig zijn of niet en het geeft hun de kans hun footprint te bepalen bij aankoop van dit product of bij alles wat ze kopen en consumeren. Ik pleit ervoor om de honderden keurmerken die er op dit gebied bestaan en die voor een normaal mens onmogelijk zijn om te kennen, te vervangen door deze classificatie.

Tegelijkertijd maak ik het ondernemers ook makkelijk omdat zij deze classificatie, die ik in mijn boek op alle aspecten van de ecologie heb uitgewerkt, kunnen hanteren bij alles wat zij maken en produceren maar ook bij de wijze waarop zij hun bedrijf runnen.

Tenslotte kan de overheid de classificatie gebruiken als toetsing bij duurzaam beleid. Dus weg van het fragmentarische gedoe maar integraal ecologisch beleid om daarmee een ecologische economie te bouwen, waar het nog steeds mogelijk is geld te verdienen en winst te maken, maar waarbij onze aarde en onze hulpbronnen gespaard blijven voor toekomstige generaties.

Daan Fousert, auteur van het boek ‘EcQ Ecologische Intelligentie’