De combinatie van de terugleverheffing die energiebedrijf Vandebron gaat rekenen voor haar klanten met zonnepanelen en het afbouwen van de saldering zal de terugverdientijd van zonnepanelen verlengen naar meer dan 25 jaar. Met alleen het afbouwen van de saldering is de terugverdientijd zo’n 8 jaar (voor panelen aangeschaft begin 2023). Dit blijkt uit berekeningen van Milieu Centraal. De combinatie maakt zonnepanelen onaantrekkelijk en dat is niet wenselijk, zegt de voorlichtingsorganisatie. Er is immers nog veel duurzame energie nodig.

De Tweede kamer heeft besloten de salderingsregeling stap voor stap af te bouwen. De Eerste Kamer moet hier nog over besluiten. Het is onduidelijk of Vandebron de terugleververgoeding doorzet als de afbouw van de saldering van kracht gaat.

Onrust voorkomen

“De optelsom van de twee regelingen pakt slecht uit voor mensen met zonnepanelen”, aldus Mariken Stolk, expert duurzame energie bij Milieu Centraal. “We hebben oog voor de oplopende kosten van het salderen, nu zoveel mensen zonnepanelen hebben. Maar Milieu Centraal ziet liever de geleidelijke afbouw van de saldering als landelijke regeling, dan dat ieder energiebedrijf zijn eigen heffing gaat invoeren. Dat laatste geeft veel meer onrust en onduidelijkheid. Dat leidt tot een afwachtende houding bij mensen die overwegen zonnepanelen te kopen. Bovendien is de salderingsregeling een betere prikkel voor meer gebruik van eigen zonnestroom.”

Veel zonnepanelen

Eigenaren van zonnepanelen maken nu nog gebruik van de salderingsregeling. Dit houdt in dat de hoeveelheid stroom die zij aan het net leveren zonder extra kosten later ook van het net mogen gebruiken. Deze regeling is voordelig voor mensen met zonnepanelen, en is effectief. Inmiddels heeft ongeveer een kwart van de huishoudens zonnepanelen op het dak. Ze leveren daarmee een flinke bijdrage aan de vergroening van de stroomvoorziening.

Kosten salderen

Voor energiebedrijven levert het salderen kosten op: klanten met zonnepanelen leveren veel stroom op het moment dat de prijs laag is. En de klanten nemen stroom af op het moment dat de prijs van stroom hoger is. Deze kosten rekenen energiebedrijven door in een hogere prijs voor stroom of in vaste leveringskosten, ook voor mensen zonder zonnepanelen. Bij Vandebron, waar in verhouding veel klanten zonnepanelen hebben, werden deze kosten naar hun zeggen onhoudbaar nu zoveel mensen zonnepanelen hebben. Vandaar dat het energiebedrijf een terugleverheffing voor zonnestroom invoert en tegelijkertijd de stroomprijs voor alle klanten iets verlaagt.

Complexe berekeningen

Voor het berekenen van de terugverdientijd van zonnepanelen zijn veel aannames nodig. Milieu Centraal rekent met een prijs van 7.500 euro voor 10 panelen, gekocht begin 2023. De opbrengst hiervan is per jaar 3.500 kWh, waarvan 1.000 kWh meteen zelf wordt gebruikt, 2.000 kWh wordt gesaldeerd en 500 kWh op het net wordt gezet tegen een terugleververgoeding. De aannames voor de stroomprijs zijn 35 en 33 cent per kWh in 2023 en 2024 (de stroomprijs bij Vandebron) en vanaf 2025 geldt een stroomprijs van 30 cent per kWh, die stapsgewijs wordt afgebouwd naar een prijs van 25 cent per kWh in2030 en daarna constant blijft. Ook gaat Milieu Centraal er van uit dat de salderingsregeling vanaf 2025 wordt afgebouwd. De terugleververgoeding is in 2023 13 cent, en loopt af naar 9 cent in 2030. Daarnaast rekent Milieu Centraal met een terugleverheffing van 250 euro per jaar bij 10 panelen en gemiddeld stroomverbruik (3.255 h/jaar). Milieu Centraal gaat ervan uit dat deze heffing gedurende de levensduur van de zonnepanelen blijft gelden.