Consuminderen: het tegenovergestelde van consumeren. De trend waarmee consumenten ten strijde trekken voor duurzaamheid, de eigen portemonnee en een ‘eenvoudiger leven’ door minder te kopen. Een trend die allang niet meer is voor families zoals ‘De Tofu’s’, maar breed wordt besproken in podcasts, blogs, kranten en talloze websites met tips voor ‘ontspullen en besparen’. Ook de coronacrisis draagt zijn steentje bij. De economie is letterlijk stilgezet en we komen erachter dat we eigenlijk best maanden zonder winkelen kunnen en dat dat goed is voor onze spaarrekening. Dat we weer regisseur worden van onze eigen portemonnee en niet worden verleid door de etalages. En we zijn ons sinds lange tijd een stuk bewuster van ons geld omdat veel van ons er opeens minder van hebben.

Een deel van de consumenten laat hierdoor langzaam het idee los dat consumeren de pomp is achter ons bestaan en vraagt zich steeds vaker af of ze al die spullen wel nodig hebben. Consumenten worden kritischer op de fast fashion-industrie en kopen steeds vaker ‘goede basics’ in plaats van trendgevoelige hebbedingetjes. Voor (web)winkels betekent dit dat ze steeds vaker te maken krijgen met een bewustere, kritischere consument. Een consument die graag gerichter en minder koopt, wil dat een product langer meegaat en dat het zoveel mogelijk lokaal is geproduceerd en zo duurzaam mogelijk. Dit lijkt een slechtnieuwsgesprek voor bedrijven. Zeker nu.

Toch zijn er (minimaal) 7 manieren waarop consuminderen een win-win oplevert voor onze consuminderaars en bedrijven:

ONDERSCHEIDEND EN DUURZAAM: BRENG-, PAS- EN RETOURSERVICE
Bedrijven als Emily Company bieden een bestelservice die bij je langskomt als je thuis bent en de mogelijkheid biedt om bestelde spullen te passen of beoordelen. Voldoen ze niet aan de verwachting? Dan kunnen ze meteen weer mee terug.
WIN-WIN: Bedrijven die gebruik maken van een dergelijke service onderscheiden zich ondanks de online verkoop met een vriendelijk gezicht dat hun merk vertegenwoordigt. Daarnaast hoeven de spullen die niet naar wens zijn niet terug te worden gestuurd. Dat bespaart de klant het gedoe van retourneren, het milieu een onnodige rit en zorgt ervoor dat het bedrijf de spullen dezelfde dag nog terug heeft op voorraad.

REPARATIESERVICE
Ikea heeft een gids voor een duurzamer thuis met tips om meubels langer mee te laten gaan en Patagonia prijst hun reparatieservice zelfs aan met Don’t buy this jacket. Ook Ray-Ban heeft al sinds jaar en dag een levenslange garantie. En wie wil nou niet dat zijn favoriete meubel, kledingstuk of zonnebril voor altijd meegaat?
WIN-WIN: Bedrijven verbinden hiermee klanten veel langer aan zich dan alleen met die ene verkoop. En de kans dat klanten tevreden zijn vanwege de service en weer langskomen wordt aanzienlijk groter.

SPULLEN ALS DIENST IN PLAATS VAN KOOPWAAR
Veel meer dan ooit gedacht kan worden gebruikt zonder het te kopen: telefoons, auto’s, wasmachines, fietsen, spijkerbroeken, kinderkleding, koffie, matrassen, eten, meubels, films, boeken, tijdschriften, muziek, namelijk op basis van een abonnement of leasemodel. Klanten blijken meer dan bereid om voor het ontspullen (of gewoon gemak) een maandelijks bedrag neer te leggen.
WIN-WIN: Zo zijn er steeds minder spullen in huis en in de wereld die we niet nodig hebben, worden er minder grondstoffen gebruikt, kan het bedrijf in sommige gevallen zijn spullen vaker dan eens ‘verkopen’ of de grondstoffen hergebruiken en zijn bedrijven verzekerd van een stabiele inkomstenbron.

DUURZAAM IS HIP
We kopen niet alleen spullen, maar vaak ook ‘een goed gevoel’. En hoe kan dat nou beter dan met producten waar een goed en eerlijk verhaal achter zit en waarmee klanten bijdragen aan een betere wereld.
WIN-WIN: Als mensen de aankoop als bijzonder ervaren of een goed gevoel krijgen van hun aankoop is de kans heel groot dat de mond-tot-mondreclame flink toeneemt.

BETERE KWALITEIT VOOR EEN HOGERE PRIJS
Consuminderaars willen graag minder en hogere kwaliteit. En daar betalen ze ook best graag een paar tientjes extra voor. Investeren in de kwaliteit en duurzaamheid van een product loont dus volgens deze trend en hoeft gelukkig niet stilletjes. Sterker nog, het is een heel goed idee om deze keuze uit te leggen en de klant te vragen bij te dragen aan een beter product door (iets) meer te gaan betalen.
WIN-WIN: De consument kan langer met zijn spullen doen en het merk hoeft minder te produceren, verpakken en transporteren, en gaat er bij de juiste prijs met hogere marge vaak genoeg op vooruit.

BASIC IS DE BASIS
Als je maar weinig spullen hebt en van plan bent met die weinige spullen lang te doen, kunnen deze niet te trendgevoelig zijn. Klanten zullen op basis van deze trend dus veel vaker op zoek gaan naar goede basics.
WIN-WIN: Basics zijn vaak een langere tijd ‘houdbaar’ omdat ze niet uit de mode raken wat het een gunstige voorraad maakt en de klant hoeft niet elk seizoen met de trend mee.

FOCUS OP GRONDSTOFFENGEBRUIK IN PLAATS VAN RECYCLEN
Steeds meer spullen zijn recyclebaar, maar wat minstens net zo belangrijk is, is de hoeveelheid grondstoffen die worden gebruikt om een stuk te produceren (gerecycled of niet). En onze consuminderaars zijn zich daar bewust van.
WIN-WIN: Lager grondstoffengebruik vraagt soms om een investering omdat dit vraagt om innovatie of een verbeterd productieproces. Op de lange termijn zou echter het lagere verbruik van grondstoffen ook terug te zien moeten zijn aan de kostenzijde van de balans en draag je als bedrijf écht bij aan een betere wereld.

Claire van Erck,  Senior Consultant Business Strategy bij EY VODW