Met 17 stemmen voor, 6 tegen en 2 onthoudingen keurde de EU Commissie Juridische Zaken (JURI Committee) afgelopen maandag 13 oktober haar standpunt goed over een reeks wijzigingen in de wetgeving voor duurzaamheidsverslaggeving (CSRD) en de due diligence-vereisten (CSDDD) voor bedrijven.

Verminderde sociale en milieuverslaggeving

De Commissie stelde oorspronkelijk voor om het aantal bedrijven dat verplicht is sociale en milieuverslaggeving te verstrekken met 80% te verminderen, maar de Europarlementariërs willen de reikwijdte verder beperken tot bedrijven met gemiddeld meer dan 1.000 werknemers en een netto jaaromzet van meer dan 450 miljoen euro. Dit zou ook gelden voor duurzaamheidsverslaggeving volgens de taxonomieregels (d.w.z. een classificatie van duurzame investeringen).

Voor bedrijven die niet langer onder de regels vallen, zou de verslaggeving vrijwillig zijn, in overeenstemming met de richtsnoeren van de Commissie. Om te voorkomen dat grote bedrijven hun verslaggevingsplichten afschuiven op hun kleinere zakenpartners, zouden deze geen informatie mogen opvragen die verder gaat dan de vrijwillige normen. Sectorspecifieke verslaggeving zou ook vrijwillig worden en bestaande normen voor duurzaamheidsverslaggeving zouden verder worden vereenvoudigd, met de nadruk op kwantitatieve informatie en het verminderen van de administratieve en financiële lasten.

De Commissie zou ook een digitaal portaal voor bedrijven opzetten met gratis toegang tot sjablonen, richtlijnen en informatie over alle EU-rapportagevereisten, als aanvulling op het Europees centraal toegangspunt.

Due diligence alleen voor grote bedrijven en geen EU-aansprakelijkheid

Volgens de Europarlementariërs zouden de due diligence-regels die bedrijven verplichten hun negatieve impact op de mensenrechten en het milieu te voorkomen en te beperken, alleen van toepassing moeten zijn op grote EU-bedrijven met meer dan 5.000 werknemers en een netto jaaromzet van meer dan 1,5 miljard euro, en op buitenlandse bedrijven met een netto-omzet in de EU boven dezelfde drempel.

In plaats van systematisch informatie op te vragen die nodig is voor hun due diligence-beoordelingen van hun zakenpartners, willen de Europarlementariërs dat deze bedrijven een risicogebaseerde aanpak hanteren, waarbij ze alleen de benodigde informatie opvragen wanneer er een kans is op een negatieve impact op de activiteiten van hun zakenpartners. Voor bedrijven die buiten de reikwijdte van de regels vallen, zou dit alleen als laatste redmiddel mogelijk zijn. Bedrijven zouden nog steeds verplicht zijn een transitieplan op te stellen om hun strategie af te stemmen op een duurzame economie en het Akkoord van Parijs.

Bedrijven zouden aansprakelijk moeten zijn voor schade veroorzaakt door schendingen van due diligence-verplichtingen op grond van nationaal recht, en niet op EU-niveau. De maximale boete voor overtredende bedrijven zou 5% van hun wereldwijde omzet bedragen, en de Commissie en de EU-lidstaten zouden de nationale autoriteiten richtlijnen moeten geven over deze sancties.

Rapporteur Jörgen Warborn (EVP, SE) zei: “De stemming van vandaag bevestigt onze steun voor vereenvoudiging. We zorgen voor voorspelbaarheid voor Europese bedrijven met een verslag dat kosten verlaagt, het concurrentievermogen versterkt en de groene transitie van Europa op koers houdt.”

Volgende stappen

Mocht het Parlement het mandaat van de commissie tijdens de volgende plenaire vergadering goedkeuren, dan zouden de leden van het Europees Parlement en de EU-regeringen op 24 oktober moeten beginnen met onderhandelingen over de definitieve tekst van de wetgeving.

gemaakt door Responsible Companies, Frank Bold

Bron: Europees Parlement