De vragen over duurzaam ondernemen die de VBDO (Vereniging van Beleggers voor Duurzame Ontwikkeling) stelt tijdens jaarlijkse algemene aandeelhoudersvergaderingen van Nederlandse bedrijven, maken daadwerkelijk verschil. Dat blijkt uit nieuw onderzoek van de hoogleraren Anne Lafarre (Universiteit van Tilburg), Christoph Van der Elst (Universiteiten van Tilburg en Gent) en Rieneke Slager (Universiteit Groningen). Het recht om vragen te stellen is een krachtig middel geworden om duurzaam ondernemen te stimuleren, concluderen zij. De systematische aanpak van de VBDO speelt daarin een grote rol.

De onderzoekers analyseerden 3.000 vragen en opmerkingen en antwoorden daarop in 402 jaarvergaderingen van Nederlandse beursgenoteerde bedrijven, in de periode 2015-2023. De VBDO bleek het meest actief als het gaat om het stellen van duurzaamheidsvragen: de vereniging stelde 70% daarvan. In het onderzoek is onderscheid gemaakt in vijf typen aandeelhouders: aandeelhoudersverenigingen zoals de VBDO en de VEB, institutionele investeerders, ngo’s, vakbonden en retailaandeelhouders.

Structurele benadering

De VBDO hanteert een structurele benadering voor het tellen van vragen, aldus het onderzoek: zij selecteert specifieke onderwerpen op het gebied van sociaal beleid, milieubeleid en corporate governance, onderzoekt die grondig, voert voorbereidende gesprekken en formuleert vervolgens gerichte vragen met een blik op de toekomst. Nadat de vragen zijn gesteld, worden de antwoorden beoordeeld en openbaar gemaakt door publicatie in VBDO’s jaarlijkse AGM engagement rapport.

Positieve formulering

Volgens de onderzoekers ligt de waarde van deze methode niet alleen in de inhoud van de vragen, maar ook in de manier waarop ze worden gesteld. De vragen zijn doorgaans positief geformuleerd, respectvol, en gericht op het bewerkstelligen van concrete doelen. Bedrijven reageerden vervolgens met voornemens om bijvoorbeeld beter te rapporteren over biodiversiteit, beter loonbeleid te voeren of transparanter te zijn over lobbyactiviteiten.

Openbaarheid

De VBDO maakt dergelijke beloften openbaar, volgt de voortgang ervan en houdt bedrijven zo aan hun woord. Andere aandeelhouders kunnen deze informatie bovendien gebruiken in hun eigen beoordeling en strategie. In lijn met de Nederlandse regelgeving publiceren ook bedrijven gedetailleerde notulen van hun jaarvergadering, met inbegrip van de gestelde vragen.

Waar de VBDO een leidende rol speelt als het gaat om duurzaam ondernemen te stimuleren, richten institutionele investeerders zoals PGGM en Robeco zich vaak op vragen die in breder verband van belang zijn, en meestal in lijn met de koers vanuit koepelorganisatie Eumedion. Ngo’s leggen vaker een ethisch perspectief op tafel, vooral als het gaat om klimaat en mensenrechten. Retail aandeelhouders stellen meer gevarieerde en vaak ook informelere vragen.

Conclusie

Het recht om vragen te stellen is dus een effectief middel voor aandeelhouders om invloed uit te oefenen op duurzaam ondernemen, concluderen de onderzoekers, in het bijzonder als dat op de strategische en consistente wijze wordt ingezet die de VBDO hanteert.

Het onderzoek ‘Beyond the Ballot: How VBDO’s shareholder questions influence corporate sustainability’ is beschikbaar via SSRN en wordt binnenkort gepubliceerd in de European Business Organization Law Review.

Bron: Tilburg University