De Lissabon-agenda, vastgesteld in het jaar 2000, is een Europees initiatief om de Europese economie in 2010 de meest concurrerende en dynamische kenniseconomie ter wereld te maken.

Rapport
De Europese Commissie heeft onlangs een rapport gepresenteerd, waarin de afzonderlijke lidstaten worden vergeleken op onderwerpen als onderwijsprestaties, onderzoeksuitgaven en arbeidsproductiviteit. Nederland staat op de vierde plaats na Denemarken, Zweden en Finland.

Om deze prestaties te verbeteren moet Nederland bij voorrang de arbeidsdeelname en de arbeidsproductiviteit verbeteren, vindt het kabinet.

Arbeidsdeelname
Kansen voor vergroting van de arbeidsdeelname liggen volgens Balkenende in het grote aandeel van deeltijdwerkers en de lage deelname van ouderen en allochtonen.

Arbeidsproductiviteit
Om de arbeidsproductiviteit te verhogen moet er meer aandacht komen voor innovatie. Volgens Balkenende moet er meer worden geïnvesteerd in onderzoek en ontwikkeling, en moeten het bedrijfsleven en de universiteiten meer kennis uitwisselen. Verder moet het rendement van Nederlandse studenten omhoog en kan met name de populariteit van de technische en bèta-studies worden verhoogd.

Duurzaamheid
Volgens de minister-president is de Lissabon-agenda gericht op een duurzame economische groei. ‘Volgens die agenda is onze ontwikkeling duurzaam, als economische, ecologische en ook sociale overwegingen gelijke aandacht krijgen in de besluitvorming’, aldus Balkenende.