De Nederlandse economie behoort tot de internationale koplopers op het gebied van innovatie en inclusiviteit, maar laat steken vallen op het gebied van duurzaamheid. Dat blijkt uit het Future of Growth Report 2024 van het World Economic Forum (WEF). Het Amsterdam Centre for Business Innovation van de Amsterdam Business School van de UvA is partner van het WEF en verzamelde de gegevens voor Nederland. Prof. dr. Henk W. Volberda, licht de meest opvallende conclusies toe.

Het Future of Growth Report is een nieuw rapport van het WEF en kijkt niet alleen naar de kwantiteit van groei (BBP) maar ook naar de kwaliteit van economische groei in 107 landen. Het Future of Growth Framework introduceert een raamwerk gericht op kwaliteit van groei en evenwicht tussen verschillende prioriteiten: Innovativiteit, Inclusiviteit, Duurzaamheid en Veerkrachtigheid.

Wereldwijde achteruitgang

Wereldwijd voorspelt het rapport een aanzienlijke achteruitgang die in 2030 het laagste niveau in drie decennia zal hebben bereikt, veroorzaakt door voortdurende economische en geopolitieke schokken. De wereldwijde groei in het afgelopen decennium is zeer beperkt geweest in vergelijking met eerdere periodes, en het herstel na de pandemie verliest momentum. Het totale mondiale bbp is momenteel hoger dan het niveau voor de pandemie, maar de groeipercentages in 2023 blijven onder de 4% voor zowel hoge-inkomen als lage-inkomenslanden.

De meeste landen blijven volgens professor Volberda ‘groeien op manieren die niet duurzaam en niet inclusief zijn, waarin dus niet iedereen kan meeprofiteren van de economische groei. Daarnaast zijn ze beperkt in hun vermogen om innovatie te genereren en mondiale schokken te minimaliseren.’

Nederland in koplopersgroep innovatieviteit en inclusiviteit

Nederland staat in de internationale top-10 wat betreft innovatievermogen (6e plaats), inclusiviteit (7e plaats) en veerkrachtige economie (8e plaats). Het groeipad van Nederland is kenmerkend voor een groep van hoge-inkomenslanden – Oostenrijk, Zwitserland, Duitsland, Denemarken, Finland, Frankrijk, Verenigd Koninkrijk, Nederland en Zweden in Europa, samen met Japan en Zuid-Korea in Oost-Azië. Volberda: ‘Binnen die koplopersgroep zien we wel dat landen als Zwitserland, Zweden, Finland en Denemarken het veel beter doen dan Nederland.’

Slechte score op duurzaamheid

Nederland scoort aanzienlijk slechter op duurzaamheid en neemt met een score van 50,6% een middenpositie in (36e plaats). Ondanks grote investeringen in hernieuwbare energie (0,9% van het BBP) en toenemende regulering voor hernieuwbare energie. Volberda: ‘De afnemende biodiversiteit, de grote jaarlijkse uitstoot van broeikasgassen (10 miljard ton per hoofd van de bevolking), de beperkte consumptie van hernieuwbare energie (10,8% van totale energie consumptie), het beperkte aantal groene octrooien (gericht op verduurzaming), en substantiële fossiele subsidies ( $1.364,0 per hoofd van de bevolking) zijn grote barrières voor duurzame groei.’