Voor het eerst breken de spoorwegen met de gewoonte om de reductie van broeikasgassen te laten afhangen van de omzetgroei. De NS streeft ernaar het aantal door reizigers afgelegde kilometers in de komende dertien jaar met 39% toe te laten nemen.

De spoorwegen denken op drie punten voordelen te behalen. Machinisten krijgen met behulp van simulatietechniek een intensieve training om energiezuiniger te rijden. Ronald Kip, regiodirecteur Noord-Oost: ‘Veel treinen hebben een ”econometer” waarop de machinist kan zien hoe zuinig hij rijdt. Het is een competitie geworden zo zuinig mogelijk te rijden.’

Wilco Feichter , programmaleider energie en energiebesparing van de NS weet dat er op het materieel ook een flinke energiewinst te behalen is. ‘De laatste jaren is 40% van de oude treinen, dat zijn er ruim zevenhonderd, gereviseerd. Er is onder andere een stroomafnemer geplaatst die de elektriciteit bij het remmen kan teruggeven aan de bovenleiding. Deze operatie kostte ongeveer euro 1 mln.’

Met een hogere bezettingsgraad tijdens de daluren wil de NS als derde energievoordelen behalen. De NS kijkt naar mogelijkheden om het aantal reizigers, ruim 1 miljoen per dag, zo veel mogelijk te spreiden over de dag. Gedacht wordt aan hogere tarieven voor treinkaartjes tijdens de spits en aan een slimmer systeem van aan- en afkoppelen van treinstellen. Feichter : ‘Lastiger is het om treinen in daluren niet te laten rijden. Reizigers blijken enorm gebaat bij regelmaat.’

Minister Jacqueline Cramer van Vrom benadrukte bij monde van een van haar hoge ambtenaren hoe belangrijk de NS is voor de nationale doelstelling van 30% uitstootreductie. ‘Mobiliteit is geen gemakkelijke sector. Terwijl het huidige niveau van broeikasgasemissies gelijk is aan het niveau in 1990, is de uitstoot in de sector verkeer met 30% gestegen. De uitdaging moet zijn om de verkeersemissies in 2020 minimaal op het niveau van 1990 te krijgen.’

Cramer ziet voor de NS een voorbeeldfunctie weggelegd. Ze prees het ’trackrecord’ van de NS, maar toonde zich nog ontevreden met de doelstellingen op het gebied van groene energie. ‘Ik daag de NS uit om in 2020 35% groene energie in te kopen in plaats van de 5% die het bedrijf voorstaat.’

De gastsprekers van het symposium waren over een paar dingen eens: De NS heeft een voorbeeldfunctie, het bedrijf is goed op koers met zijn duurzaamheidsprogramma, maar er kan nog veel meer milieuwinst behaald worden.

Frits Hermans, voorzitter van het platform duurzame mobiliteit: ‘Het spoor heeft als enige binnen het hele mobiele systeem het voordeel dat de energie centraal wordt opgewekt. Hierdoor is de energievoorziening veel makkelijker om te zetten in duurzame energie.’ Als het aan Hermans ligt, gaat de discussie in de toekomst over ‘naadloze mobiliteit’. ‘Consumenten zullen slimme keuzes moeten maken en afhankelijk van de situatie voor de schoonste oplossing kiezen.’

Gevraagd of de NS naar partners kijkt deze om naadloze mobiliteit vorm te geven stelt een woordvoerder van de NS dat het voor dit onderwerp nog te vroeg is. Net als CO2-compensatie overigens, dat ook zijdelings ter sprake kwam tijdens het symposium. ‘We gaan er iets mee doen, meer kan ik er nog niet over zeggen.’