Het Klimaatakkoord: of je het nou leuk vindt of niet, de transitie naar een duurzamer wereld gaat gebeuren. Dus probeer je zo snel mogelijk aan te passen en maak er het beste van. Dat was de boodschap op een dag die de FNV organiseerde met als onderwerp ‘De rol van de ondernemingsraad bij de energietransitie en het Klimaatakkoord’. Want dit jaar moet de medezeggenschap echt aan de bak.

Plannen in 2020

Verduurzaming, we moeten er wat mee. Als burger, als werknemer en als or-lid. Maar je directie moet er nog veel meer mee! Het is de bedoeling dat alle sectoren dat jaar concreet aan het werk gaan om de klimaatdoelstellingen uit te voeren.

Dus hoe mooi zou het zijn als:

  • Jouw bedrijf of instelling een meerjarig duurzaamheidsplan maakt. Hierin kun je plannen maken om de productie of dienstverlening en de eigen organisatie (gebouw en personeel) te verduurzamen.
  • Jij met de or samen met het bestuur een overeenkomst sluiten: alle plannen worden voortaan onderworpen aan een duurzaamheids-assesment. Zoiets is al geregeld bij Solvay.
  • Het duurzaamheidsbeleid een vast agendapunt van de artikel-24 vergadering wordt.
  • Er een denktank wordt gevormd met gemotiveerde medewerkers die een initiatiefvoorstel maakt vol ‘groene’ voorstellen.

Sprekers op klimaatdag

Wij moeten samen zorgen dat goede van werk naar werk-regelingen, voldoende scholingsmogelijkheden en eerlijke cao’s voor nieuwe bedrijven vanzelfsprekend zijn.”

Tijdens de door de FNV georganiseerde dag waren er 3 sprekers: Kees Vendrik, Kitty Jong en de jongeren van Klimaat en Energiekoepel (KEK).

Kees Vendrik, hoofdeconoom bij Triodos Bank, 1e Kamerlid voor GroenLinks en voorzitter van de Elektriciteitstafel van het Klimaatakkoord, vertelde wat het klimaatakkoord voor ons allen inhoudt. ‘Het is een pakket concrete maatregelen waarmee bedrijven weten wat hun te doen staat. Doel is reductie van de broeikasgassen met 49% (liefst 55%) in 2030 ten opzichte van 1990. Dat vergt een omslag van fossiele naar hernieuwbare energie, een circulaire economie met minder afval, andere productiewijzen, logistiek en mobiliteit. Daarbij moet het principe van ‘fair share’ gelden: de vervuiler betaalt en de breedste schouders dragen de zwaarste lasten.’

Kitty Jong, vice-voorzitter van de FNV, benadrukte dat er bij deze transitie ook continu aandacht moet zijn voor de gevolgen voor werkenden. Daar is voor vakbonden en or’s een cruciale rol weggelegd. ‘Wij moeten samen zorgen dat goede van werk naar werk-regelingen, voldoende scholingsmogelijkheden en eerlijke cao’s voor nieuwe bedrijven vanzelfsprekend zijn’ was haar boodschap.

Gjalt Annega van de Klimaat en Energie Koepel (KEK) vertelde over de meer dan 300 jonge ‘KEK-ambassadeurs’ die met hun kennis en bevlogenheid andere organisaties willen helpen om duurzamer te worden.