CSRD, ESRS 1 en 2, CSDDD, bent u de weg al kwijt? Als onderdeel van de Europese Green Deal heeft de Europese Commissie (EC) afgelopen jaar verschillende vergaande voorstellen gedaan voor nieuwe regelgeving ten aanzien van duurzaamheidsverslaggeving voor grote en beursgenoteerde bedrijven. In dit artikel vindt u een update van inhoud en implementatie van de richtlijnen en drie redenen waarom ze ook voor vermogensfondsen, corporate foundations en goede doelen organisaties relevant zijn.

Transparantierichtlijnen

Op 10 november 2022 is de Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD) officieel goedgekeurd in het Europees parlement. Een nieuw tijdperk voor duurzaamheidsverslaggeving in Europa: onder de CSRD moeten ruim 50.000 grote ondernemingen straks jaarlijks rapporteren volgens de ESRS (rapportage standaard) op duurzaamheidsbeleid en resultaten. Een enorm belangrijke stap die bij gaat dragen aan meer transparantie maar vooral aan meer strategieontwikkeling richting een duurzame economie.  Een onafhankelijke audit op de duurzaamheidsinformatie is een verplichting van de CSRD, wat de kwaliteit en betrouwbaarheid van deze informatie aanzienlijk zal vergroten. Eindelijk komt financiële en duurzaamheidsrapportage op hetzelfde niveau te staan!

De richtlijn wordt gefaseerd ingevoerd tussen 2024 en 2028. Naast de algemene richtlijnen worden zogenaamde sector standaarden verwacht. Duidelijk is dat de CSRD zal gelden voor BV’s. Pas wanneer de CSRD wordt omgezet in nationale wetgeving (eind 2023) zal bepaald worden of ook stichtingen en verenigingen hier (deels) onder zullen vallen, of uitgesloten worden.  Voor vermogensfondsen hangt het af van de juridische entiteit van het fonds en of die uitsluiting er straks komt of niet.

Due dilligence richtlijnen

Naast de CSRD wordt er due diligence wetgeving voorbereid, verwachting is dat die vanaf 2025 van kracht zal zijn. De Corporate Sustainability Due Diligence Directive (CSDDD) verplicht bedrijven tot een due diligence beleid dat ze jaarlijks moeten actualiseren. Dat betekent dat ze (daadwerkelijke of potentiële) negatieve gevolgen voor mensenrechten en milieu op moeten sporen en maatregelen moeten nemen om deze gevolgen te beperken.

Het wetsvoorstel IMVO zoals in Nederland momenteel wordt voorbereid loopt eigenlijk vooruit op de internationale due diligence wetgeving en verplicht bedrijven maatregelen te nemen om schendingen van mensenrechten en het milieu tegen te gaan bij het internationaal ondernemen.

Waarom is al deze wetgeving ook relevant voor niet-ondernemingen? Drie redenen om u met spoed in de nieuwe richtlijnen te verdiepen.

1 Inspiratie voor MVO-beleid eigen organisatie

Veel nonprofit organisaties worstelen nog met het opstellen van een duurzaamheidsbeleid. De CSRD richtlijnen geven praktische handvatten om te inventariseren welke duurzaamheidsthema’s voor uw organisatie echt relevant zijn. Denk aan beleid op thema’s als CO2 uitstoot, duurzame inkoop, integriteit en inclusiviteit & diversiteit.

Vervolgens vraagt de richtlijn een strategie uit te werken op deze materiele onderwerpen, doelstellingen te bepalen en te bepalen hoe men voortgang kan meten om bij te sturen (improve!). Voor nonprofit organisaties met bijvoorbeeld veel kantoren, energie behoeften en veel reisbewegingen, kan het verminderen van milieuimpact bijvoorbeeld wel degelijk relevant zijn.

2 Voorsorteren op toekomstige wetgeving

Deze nieuwe richtlijnen voor grotere bedrijven zijn een eerste stap in de ricting van meer uniforme duurzaamheidsinformatie in Europa. Grote kans dat ook niet commerciële instellingen in de toekomst gestandaardiseerde en uniforme duurzaamheidsinformatie moeten publiceren. Wil je voldoen aan de richtlijnen dan moet je daar tijdig mee beginnen, bedrijven doen daar gemiddeld een jaar of twee over om datastromen goed in te richten en ook in hun keten de benodigde informatie te verzamelen.

Een aantal grotere goede doelen en instellingen waaronder zorginstellingen en uitvoeringsorganisaties van ministeries is zich dan ook al op de CSRD aan het oriënteren en overweegt zich alvast ‘vrijwillig’ aan de richtlijnen te gaan houden.

3 Kansen voor samenwerking

Non-profitorganisaties werken steeds vaker nauw samen met bedrijven. Voor die organisaties is het natuurlijk handig om te weten wat er speelt bij hun partners. De nieuwe wetgeving zal veel van bedrijven vragen. En onder de CSRD komen er mogelijk ook informatieverzoeken richting hun partnerships, als onderdeel van de ketenverantwoordelijkheid.

Tenslotte, en nog interessanter natuurlijk, bieden de nieuwe duurzaamheid strategieën mogelijk ook kansen. Bijvoorbeeld als na ketenanalyses blijkt dat gelijke beloning of het inkomen van boeren onderin de keten een veel groter probleem is dan gedacht en het bedrijf daar een programma voor wil opzetten. Een mooie kans voor corporate foundations of NGO’s die daar invulling aan kunnen geven. Of bedrijven die aan de slag willen met kansenongelijkheid en daar samenwerkingspartners voor zoeken.

What’s new?

Drie bouwstenen van de CSRD die in het bijzonder het verschil gaan

Dubbele materialiteitsprincipe

Om aan de rapportage richtlijnen te voldoen is het voor bedrijven noodzakelijk scherpe keuzes te maken op basis van uitdagingen in de sector en die ook te onderbouwen. En te  rapporteren over alle relevante positieve én negatieve impacts die de organisatie maakt.

De CSRD hanteert daarvoor het dubbele materialiteitsprincipe. Het verslag dient te beschrijven op welke thema’s de organisatie een materiële impact heeft op mens en milieu (inside-out); maar ook welke thema’s een (financiële) impact hebben op de organisatie (outside-in, door duurzaamheidsrisico’s en kansen). Denk bijvoorbeeld aan een zorgorganisatie die steeds meer te maken krijgt met hittestress, hoge kosten voor energie en CO2-belasting, en mogelijk reputatieschade door de enorme uitstoot en afvalproductie van de sector.

Doelen en benchmarks

Voor de materiële  thema’s wordt gevraagd inzichtelijk te maken hoe daarop gestuurd wordt via beleid, acties, doelstellingen en KPI’s. Niet vrijblijvend meer dus. Van de onderneming wordt daarnaast verwacht dat ze de data in context plaatsen door deze af te zetten tegen een peildatum in het verleden, en een beoogde toekomstige doelstelling.

Bedrijven worden gedwongen ook naar hun keten te kijken en kunnen niet langer wegkijken voordat problemen in productie landen. De wet vereist namelijk dat gerapporteerd wordt over zaken als CO2-uitstoot en sociaal kapitaal, maar ook over de impact die je als bedrijf hebt op bijvoorbeeld biodiversiteit en mensenrechtenschendingen in de keten.

Impact-expert Edith Kroese, oprichter en eigenaar van het adviesbureau Avance dat sinds 2022 onderdeel is van Impact House Grant Thornton.

Dit artikel is eerder gepubliceerd op de website van De Dikke Blauwe