Ondernemers willen graag ondernemen en hebben over het algemeen een broertje dood aan de papierwinkel die dit vaak met zich meebrengt. Dat is zeker het geval als de administratieve rompslomp zijn doel volledig voorbij schiet en weinig concreets oplevert. Dat zien we helaas gebeuren op het gebied van MVO en duurzaamheid. Daar is een wirwar van certificaten ontstaan die vooral op papier leiden tot verduurzaming. Het wordt hoog tijd om hier iets aan te doen.

Onze leden hebben te maken met een veelheid aan duurzaamheidscertificaten, waarvan de MVO-prestatieladder, CO2-prestatieladder, PSO-ladder en Ecovadis wellicht de bekendste voorbeelden zijn.  Ik betwist hier zeker niet de goede bedoelingen van deze ladders, certificaten, schema’s en labels. Tegelijkertijd constateer ik wel dat het doel ervan, namelijk verduurzaming van gebouwen en infraprojecten en terugdringing van de CO2-uitstoot, langzamerhand uit beeld dreigt te verdwijnen. Een aantal van onze grote leden heeft hierover publiekelijk aan de bel getrokken. Er moet echt iets gaan veranderen.

Want hoe gaat het in de praktijk? Opdrachtgevers vragen gemakshalve aan hun installateur om te voldoen aan een aantal duurzame certificaten. Hiermee denken ze  het zekere voor het onzekere te nemen en als opdrachtgever maatschappelijk verantwoord bezig te zijn. Helaas worden de certificaten op deze manier  vooral een papieren exercitie die niet zelden leidt tot grote irritatie. Want wat gebeurt er in de praktijk? Installateurs moeten voldoen aan diverse ladders en certificaten die elkaar vaak ook nog eens overlappen. Dat levert dus veel onnodig dubbel werk op en kost veel geld.

Bovendien leveren de certificaten nauwelijks duurzaamheidswinst op. Het blijkt namelijk dat de meeste certificaten gericht zijn op de bedrijfsvoering, maar minder op het realiseren van duurzame projecten. Het is natuurlijk goed om ook als bedrijf duurzaamheidsmaatregelen te nemen door bijvoorbeeld elektrisch te gaan rijden, maar het lijkt me toch vooral belangrijk om energiezuinige en energieneutrale gebouwen te ontwerpen en te bouwen. Als dat niet of onvoldoende gebeurt, is er fundamenteel iets mis aan deze labels en certificaten.

Wat mij betreft is het hoog tijd om in actie te komen en het aantal prestatieladders en duurzaamheidscertificaten eens goed onder de loep te nemen en drastisch te beperken. Laten we streven naar één standaardcertificaat voor de hele keten, zowel voor opdrachtgevers als opdrachtnemers. Dan weet iedereen niet alleen waar hij aan toe is, maar voorkomen we bovendien onnodige verspilling van tijd en geld.

Laten we daarom zo snel mogelijk duidelijkheid scheppen in het woud van certificaten. Dan kunnen we samen met onze opdrachtgevers onze tijd en energie gaan steken in het bedenken én uitvoeren van innovatieve, duurzame oplossingen voor onze steden, infraprojecten en gebouwen. Dat zet pas écht zoden aan de dijk.

Titia Siertsema
Voorzitter UNETO-VNI