Het Centrum voor Duurzame Ontwikkeling (CDO) is een onderzoekscentrum aan de Universiteit Gent dat onder andere processen en producten evalueert vanuit het oogpunt duurzame ontwikkeling. Een van de aandachtspunten is duurzaam ondernemen: duurzame ontwikkeling op het niveau van een onderneming. Het is immers al langer bekend dat bedrijven hierin een belangrijke verantwoordelijkheid hebben.

Recent werd een onderzoek uitgevoerd met als doel de stand van zaken rond duurzaam ondernemen in Vlaanderen in kaart te brengen. Binnen dit kader werden ondermeer interviews afgenomen van personen die nauw betrokken zijn bij duurzaam ondernemen in Vlaanderen. Deze zogenoemde sleutelfiguren vertegenwoordigen het maatschappelijk middenveld, de overheid en de voorlopers op het vlak van duurzaam ondernemen.

Centraal in de gesprekken met deze sleutelfiguren stonden de vragen wie er in Vlaanderen betrokken is bij duurzaam ondernemen, wat het begrip nu precies betekent, wie momenteel een grote rol heeft in duurzaam ondernemen én wat de boodschap over het duurzame ondernemen van bedrijven betrouwbaar en geloofwaardig maakt.
Een van de conclusies van het onderzoek was dat men in Vlaanderen vanuit verschillende denkkaders bezig is én in verschillende fora. Er is niet echt een forum waarbij alle vertegenwoordigers van het maatschappelijk middenveld betrokken zijn. Er is evenmin een aanzet tot afstemming en bijgevolg zijn er nog veel verbeteringen mogelijk om tot een daadwerkelijk beleid en strategie inzake duurzaam ondernemen te komen. Verder is gebleken dat verschillende actoren een verantwoordelijkheid hebben om deze verbeteringen te bewerkstelligen, maar de overheid en de financiële sector worden door heel wat sleutelfiguren genoemd. Duurzaam ondernemen mag dan al in de toekomst onder de aandacht blijven, het is niet altijd duidelijk hoe invulling aan het begrip wordt gegeven. Het verwarrend gebruik van verschillende termen (duurzaam ondernemen, maatschappelijk verantwoord ondernemen, ethisch ondernemen, enz.) waarmee vaak hetzelfde wordt aangeduid is daarvan een voorbeeld.
Verder kon ook worden vastgesteld dat de sleutelfiguren kennis hebben van deelaspecten van externe communicatie, maar weinig bekend zijn met betrouwbare en kwaliteitsvolle externe communicatie over duurzaam ondernemen. In algemene termen wordt wel gesproken over labeling van producten en diensten die op de markt worden gebracht of certificering van bedrijfsorganisaties. Het viel ook op dat de sleutelfiguren in verband met externe communicatie transparantie noemen als voorwaarde voor de geloofwaardigheid van duurzaam ondernemen, maar dat meetbaarheid niet genoemd wordt. De vraag hoe de externe communicatie over duurzaam ondernemen kan worden afgestemd op de ontvanger van de boodschap wordt niet beantwoord.
Op basis van deze resultaten werd een Ronde Tafel Bijeenkomst georganiseerd te Gent op 20 juni ’02 waarvoor ruim dertig sleutelfiguren en andere geïnteresseerden intekenden. Nadat de aanwezigen een toelichting hadden gekregen over de onderzoeksresultaten werden hen verschillende stellingen voorgelegd. Er was heel wat interactie tussen de deelnemers waarbij heel wat suggesties werden geformuleerd over de rol van de verschillende maatschappelijke geledingen (overheid, financiële sector, .). Opnieuw bleek de link met externe communicatie het moeilijkste punt, wellicht voor een groot deel te wijten aan een gebrek aan kennis terzake. Toch werd het initiatief van het CDO om een dergelijk debat te organiseren met vertegenwoordigers van alle maatschappelijke geledingen door de deelnemers gewaardeerd. De algemene conclusie kan als volgt worden geformuleerd: -Vlaanderen mag dat al duurzaam ondernemen hoog op de agenda hebben staan, toch staat men nog maar aan het begin van een leerproces waarin vele verbeteringen mogelijk zijn. Het debat tussen alle betrokkenen blijft noodzakelijk om de coherentie tussen de verschillende initiatieven te vergroten en de neuzen van de betrokkenen dezelfde kant op te krijgen. De overheid en de financiële sector hebben hierbij een belangrijke verantwoordelijkheid. Mede daardoor zou het duurzaam ondernemerschap in Vlaanderen moeten kunnen toenemen, ook bij kleine en middelgrote ondernemingen.”