Nederlandse industriebedrijven willen tot 2050 grote volumes vervuilende aardolie in producten blijven verwerken. Dit druist in tegen eigen beloftes en de groene doelen van het kabinet. Groene stroom om de olie te vervangen is en blijft er onvoldoende. Volgens het streven van kabinet en beloftes van de Rotterdamse haven moet de Nederlandse industrie tegen 2050 ‘fossielvrij’ zijn. Grote raffinaderijen zoals Shell en BP beloofden eerder daaraan mee te werken door hun producten klimaatneutraal te gaan maken. Maar die doelstelling is voor de industrie in de huidige omvang onhaalbaar, blijkt uit berekeningen van platform Investico voor Trouw en De Groene Amsterdammer. Aardolie is nu nog de belangrijkste grondstof voor producten die de industrie maakt. De verwerking van alternatieve grondstoffen zoals afval of biomassa tot duurzame brandstoffen of bioplastics kost veel meer elektriciteit dan Nederland kan leveren.

Dertig tot zeventig procent

Dat is geen geheim voor de industrie, die zelf inzet op een deels fossiele toekomst. Chemiebedrijven, bijvoorbeeld die van aardolie kunststoffen maken, verwachten in 2050 nog steeds voor twintig procent van aardolie afhankelijk te zijn. Raffinagebedrijven verwachten dat jaar nog dertig tot zeventig procent van de huidige hoeveelheden fossiele brandstoffen te blijven produceren. De raffinaderijen willen die fossiele brandstoffen exporteren naar bijvoorbeeld India en landen in Afrika, want Europa stopt in 2035 grotendeels met de verbrandingsmotor. Dat blijkt uit een rapport van de brancheorganisatie voor chemische industrie VNCI en een onderzoek van de elektriciteitsnetbeheerders.

Omdat fossiele brandstoffen altijd ergens ter wereld in een verbrandingsmotor eindigen en fossiele plastics vaak in de vuilverbranding, veroorzaken deze producten nog steeds klimaatopwarming door CO2-uitstoot.

Op dit moment produceert de Nederlandse industrie een kwart van alle Europese kunststoffen en acht procent van de geraffineerde olie wereldwijd. De hernieuwbare alternatieven voor aardolie zijn beperkt: afval, biomassa uit geteelde gewassen of CO2 uit de lucht. Voor elk van die grondstoffen geldt dat de verwerking veel meer elektriciteit kost dan bij aardolie.

De raffinagesector en de basischemie hebben in totaal 350 miljard kilowattuur nodig om zonder aardolie even veel plastics en brandstof te produceren als nu, blijkt uit berekeningen van onderzoeksplatform Investico voor Trouw en De Groene Amsterdammer die Gert Jan Kramer, hoogleraar duurzame energiesystemen aan de Universiteit van Utrecht, controleerde.

Veel meer dan beschikbaar

Dat is veel meer dan in 2050 beschikbaar is, ook met waterstof-import en maximale plaatsing van wind-, zon- en kernenergie. Dat jaar is volgens het meest optimistische scenario van de netbeheerders 176 miljard kilowattuur beschikbaar voor de raffinage en chemische industrie.

In het maandag gepresenteerde concept Nationaal Programma Energiesysteem van Klimaatminister Rob Jetten is voor de complete industrie 120 miljard kilowattuur gereserveerd. Hernieuwbare stroomproductie groeit, maar niet voldoende om de fikse elektriciteitsvraag van een fossielvrije industrie te faciliteren. Want ook duurzame gebouwen, elektrisch voertuigen en gasloze technieken eisen hun portie groene stroom op.Energiesysteemexpert John Kerkhoven, die de toekomstscenario’s in opdracht van de netbeheerders ontwikkelde, zegt dat het onmogelijk is om fossielvrij te produceren en tegelijkertijd de huidige omvang van de industrie te behouden. Ook hoogleraar Kramer bevestigt de bevindingen. Hij zegt dat een maatschappelijke discussie nodig is om te kiezen tussen een fossielvrije toekomst of het behouden van de volledige industrie in Nederland.

Energiesysteemexpert John Kerkhoven, die de toekomstscenario’s in opdracht van de netbeheerders ontwikkelde, zegt dat het onmogelijk is om fossielvrij te produceren en tegelijkertijd de huidige omvang van de industrie te behouden. Ook hoogleraar Kramer bevestigt de bevindingen. Hij zegt dat een maatschappelijke discussie nodig is om te kiezen tussen een fossielvrije toekomst of het behouden van de volledige industrie in Nederland.

De grootste raffinaderijen hebben cijfers over toekomstig aardoliegebruik zelf aangeleverd voor een onderzoeksrapport van de elektriciteitsnetbeheerders, hoewel ze dat tegenover Investico via branche-organisatie Vemobin ontkennen. Informatie ingezien door Investico toont aan dat er wel degelijk cijfers over toekomstige productie, inclusief die van aardolie, zijn overlegd. Vemobin blijft het oneens met de conclusies en beroept zich daarbij op onzekerheden in de scenario’s.

Niet stappen, maar springen

Branche-organisatie VNCI zegt dat het niet eenvoudig is om voorspellingen te doen over 2050 en wijst op de mogelijkheid om hernieuwbare tussenproducten te importeren uit het buitenland. Zowel de raffinage- als de chemische sector sluiten fossiele productie in 2050 niet uit.

Staatssecretaris Vivianne Heijnen van (infrastructuur en waterstaat), verantwoordelijk voor de circulariteitsdoelen, is niet op de hoogte van het elektriciteitstekort dat ontstaat. Zo blijkt uit antwoorden die ze Investico gaf. Ze houdt vast aan volledige circulariteit in 2050. Heijnen wil daarbij de industrie zoveel mogelijk in Nederland behouden. “Ik heb liever dat we met z’n allen keihard proberen om over een hele hoge lat te springen dan dat ik die lat ga verlagen zodat we daar rustig overheen kunnen stappen. We zetten samen alles op alles om die doelen te behalen.”

Dit onderzoek is mede mogelijk gemaakt door steun van het Fonds Bijzondere Journalistieke Projecten (fondsbjp.nl)