Staatssecretaris Van Geel van Milieu nam vrijdag al een voorschot op de discussie van de komende dag door een aantal investeringsaanbevelingen van het Kok-rapport te prijzen. ‘Het Kok-rapport erkent dat milieu-innovaties goed zijn voor de economie en de werkgelegenheid’, zo laat Van Geel via een persbericht weten. Het ministerie van Vrom wil aan het einde van het Nederlands voorzitterschap een partnerschap sluiten met het Europese bedrijfsleven om te zorgen voor investeringen in specifieke milieu-innovaties. Volgens het ministerie van Vrom heeft het bedrijfsleven bij monde van de World Business Council for Sustainable Development (WBCSD) enthousiast gereageerd. WBCSD is een netwerkorganisatie van internationale bedrijven die allemaal hun best doen voor duurzaam ondernemen en duurzame ontwikkeling. ‘Door gebruik van innovaties die leiden tot minder energie-en grondstoffengebruik, zijn Europese bedrijven minder afhankelijk van import en besparen zij kosten. Met duurzame innovatieve producten kunnen bovendien nieuwe markten worden gecreëerd, aldus Van Geel. Volgens de 25 milieuministers en volgens de commissie-Kok moet er een Europees systeem van groen beleggen komen en moeten subsidies op milieuonvriendelijke producten en productiemethoden worden afgeschaft.

Volgens Van Geel is het van belang dat de Europese overheden het goede voorbeeld geven, bijvoorbeeld bij hun inkoopbeleid. Hij denkt daarbij aan energiezuinige computers, groene stroom en duurzaam geproduceerd hout. ‘Dat kan een geweldige impuls geven aan milieuvriendelijke innovaties.’

Van Geel opent de tweede dag van de conferentie met een bijeenkomst met als titel ‘Bedrijfsleven en milieu’. Daar spreekt ook Barbara Kux, lid van de groepsraad van Philips Electronics en chief procurement officer. Dat laatste is te vertalen als de baas van alle inkoopmanagers bij Philips. Het elektronicabedrijf is een van de voorlopers als het gaat om duurzaam produceren, waarbij gekeken wordt naar het gebruik van grondstoffen en energie en het beperken van afval.

Philips is een van de Nederlandse bedrijven die hoog zijn geëindigd in het transparantieonderzoek van Berenschot. Deze keer heeft Berenschot het onderzoek samen gedaan met het instituut voor bedrijfsethiek en maatschappelijk verantwoord ondernemen van Universiteit Nyenrode (Eibe/Nyenrode).

Het onderzoek van Berenschot gaat over hoe veel en hoe helder bedrijven vertellen over hun maatschappelijk verantwoorde prestaties. Niet over hun prestaties zelf.

En zo kan het dat ABN Amro , dat half september zijn eerste maatschappelijke verslag publiceerde, toch als beste uit de bus komt, gevolgd door Unilever en Shell. Rabobank is de enige niet-beursgenoteerde onderneming die hoog scoort.

Berenschot en Eibe/Nyenrode hebben in opdracht van het ministerie van Economische Zaken honderd beursgenoteerde en 75 niet-beursgenoteerde ondernemingen onderzocht. De conclusie van de onderzoekers is dat de maatschappelijke verslaggeving in Nederland onder de maat is. Van de 175 onderzochte bedrijven publiceert 23 helemaal geen verslag. Twee derde van bedrijven valt in de slecht presterende categorieën. Staatssecretaris Van Gennip vindt ‘het pijnlijk’ dat zoveel bedrijven slecht presteren en daar moet verandering in komen. Maatschappelijke jaarverslaglegging is in Nederland niet wettelijk verplicht, maar de Raad voor de Jaarverslaggeving heeft bedrijven wel een dringend advies gegeven om meer over maatschappelijk verantwoord ondernemen op te nemen in hun reguliere jaarverslag en dan met name in het directieverslag. En volgens Van Gennip is ‘vrijwilligheid geen vrijblijvendheid’.

Voor het ministerie is dit onderzoek ‘De Transparantiebenchmark 2004’ een nulmeting. De slechtst presterende ondernemingen – in het rapport de hekkensluiters en de bezemwagen genoemd – kunnen een brief van EZ verwachten.

Naast bedrijven heeft Berenschot en Eibe/Nyenrode ook 25 maatschappelijke organisaties onderzocht. Opvallend is dat zij goed scoren op de transparantiebenchmark. Hun verslagen hebben, zo zeggen de onderzoekers, gemiddeld veel informatie over financiën, activiteiten, samenwerkingsverbanden en richtlijnen. Amnesty International haalt de hoogste transparantiescore, gevold door KWF Kankerbestrijding en Novib.

Beide onderzoeken bieden interessante informatie, maar de vraag is waarom het ministerie vanwege deze grote EU-conferentie – die al twee jaar vaststaat – er niet voor gekozen heeft een breed Europees onderzoek uit te laten voeren. Dan had zij de Europese Commissie een handvat kunnen bieden om nu eens Europees beleid over maatschappelijk verantwoord ondernemen te ontwikkelen.