Ieder jaar onderzoekt LEI Wageningen UR in opdracht van de Duurzame Zuivelketen de voortgang van de verduurzaming van de zuivelsector. Ten aanzien van verantwoorde soja, verantwoord antibioticagebruik en energie-efficiënte is grote vooruitgang geboekt, maar er zijn extra stappen nodig om bijvoorbeeld de doelen op het gebied van broeikasgassen, fosfaat en ammoniak te realiseren. Ten aanzien van mest heeft de overheid inmiddels fosfaatrechten aangekondigd, met als referentie 2 juli 2015.

Resultaten uit de sectorrapportage Duurzame Zuivelketen 2014:

  • Door een toename van de melkproductie van 6,8% is de emissie van broeikasgassen in 2014 toegenomen met 6,5%. In 2014 werden in Nederland 1,24 CO2-equivalenten geproduceerd per kilogram melk;
  • In de periode 2012 – 2014 is een forse daling in het primair brandstofverbruik per kg melk gerealiseerd. Bij melkverwerking gaat het om 24% minder brandstofgebruik per kg melk en in de melkveehouderij om 7% minder;
  • De hoeveelheid door de zuivelketen zelf geproduceerde energie wordt ingeschat op 4,5% van de consumptie. Er kan sprake zijn van een onderschatting doordat windmolens en co-vergisters van mest geen onderdeel zijn van het melkveebedrijf, terwijl melkveehouders wel participeren in ondernemingen met productie van energie uit wind of co-vergisting van mest;
  • Het antibioticagebruik is in 2014 met nog eens 20% gedaald, nadat eerder in 2012 al een daling van 25% had plaatsgevonden. 99% van de melkveebedrijven zat in 2014 onder de actiewaarde van de Stichting Diergeneesmiddelen autoriteit;
  • De gemiddelde levensduur van koeien was in 2014 5 jaar 8 maanden en 27 dagen. Dit is 16 dagen hoger dan tijdens de nulmeting in 2011;
  • Er is een score voor dierenwelzijn in ontwikkeling. Deze wordt ontwikkeld op basis van het project “Welzijnsmonitor” en in aansluiting bij het internationale “Welfare Quality”. Het is de bedoeling dat een module voor de welzijnsmonitor wordt ingebouwd in KoeKompas;
  • In 2014 is het aandeel bedrijven dat weidegang toepaste gedaald naar 77,8%, dit was 81,2% in 2012. Inmiddels zijn ook de cijfers over 2015 gepubliceerd; daaruit blijkt dat het aandeel weidende bedrijven in 2015 is toegenomen naar 78,3%;
  • Het aandeel verantwoorde soja is toegenomen van 4% in 2011 tot 50% in 2014. Vanaf 2015 is het gebruik van verantwoorde soja geborgd doordat in de leveringsvoorwaarden van zuivelondernemingen is opgenomen dat alleen voer afgenomen mag worden van leveranciers die aantoonbaar bijdragen aan verduurzaming van de sojateelt;
  • Door de toename van het productievolume is zowel de fosfaatexcretie (85,7 miljoen kg, 2014) als de ammoniakemissie (54,1 miljoen kg, 2014) in 2014 verder gestegen;
  • Er wordt een monitor voor de drukfactoren op biodiversiteit ontwikkeld, zodat daarna concrete biodiversiteitsdoelen kunnen worden vastgesteld. Dit gebeurt in het project “Biodiversiteitsmonitor” van Rabobank, WNF en FrieslandCampina. Daaromheen komt een klankbordgroep met onder meer de andere zuivelondernemingen.

Sectorrapportage Duurzame Zuivelketen 2014

Monitoring duurzaamheidsdoelstellingen Zuivelindustrie 2014.pdf