De provincie Zuid-Holland heeft de route richting een Circulair Zuid-Holland bepaald. De provincie zet daarbij in op 4 economische thema’s: bouw, kunststoffen, biomassa & voedsel en de maakindustrie. Gedeputeerde Adri Bom-Lemstra (Economie en Innovatie): “Dit zijn sectoren in de Zuid-Hollandse economie waar al veel stappen worden gezet richting circulariteit én waar wij als provincie een stimulerende rol kunnen vervullen.”

Provinciale Staten hebben de strategie “Circulair Zuid-Holland. Samen Versnellen” op 5 februari vastgesteld. De beleidsnotitie is een regionale uitwerking van de doelstelling van de Rijksoverheid om de Nederlandse economie circulair te maken in 2050. De maatschappelijke impact hiervan is groot. Routines zullen moeten veranderen, regels en wetten soms opnieuw tegen het licht gehouden. Bom-Lemstra: “Het gaat over hoe we onze economie circulair kunnen inrichten, over circulair bouwen, circulair inkopen en aanbesteden, duurzame energievoorziening, kringlooplandbouw. De strategie raakt alle beleidsvelden waar we als provincie aan werken. Vandaar dat we spreken over Circulair Zuid-Holland, en niet circulaire economie.”

Onze aanpak: 4 thema’s, 5 manieren

De provincie zet in op 4 thema’s: bouw, kunststoffen, biomassa & voedsel en maakindustrie. Dit zijn economische sectoren waar de provincie de meeste toegevoegde waarde kan bieden, zo bleek uit onderzoek en gesprekken met ondernemers, andere overheden en kennisinstellingen. De provincie onderscheidt vervolgens 5 verschillende rollen in aanpak: het aanjagen van netwerken, het ontwikkelen van kennis en innovaties, beleid en regelgeving, inrichting van de fysieke leefomgeving en eigen inkoop en aanbesteding.

Nieuwe verdienmodellen

Bom-Lemstra is zich ervan bewust dat de overgang naar een Circulair Zuid-Holland een grote uitdaging van lange adem is. “Maar het biedt ook vele kansen voor nieuwe verdienmodellen en innovatieve ondernemers. Zuid-Holland kent ontzettend veel kennis en kunde, die moeten we benutten.” Ze nodigt dan ook iedereen uit mee te doen. “Het is een proces waarin iedereen een verantwoordelijkheid heeft: bedrijven, overheden, kennisinstellingen én inwoners. De provincie kan bijvoorbeeld geen productieketens duurzaam sluiten, dat kunnen alleen onze bedrijven. Wat we wel kunnen: partijen samenbrengen, initiatieven aanjagen en richting geven. Daar zet ik me voor in.”