Een kopgroep van grote, Nederlandse verzekeraars presteert steeds beter op het thema duurzaam beleggen. Het gat met de groep kleinere verzekeraars waaronder een flink aantal zorgverzekeraars wordt steeds groter. Dat concludeert de Vereniging van Beleggers voor Duurzame Ontwikkeling (VBDO). De beleggersvereniging publiceert deze week voor de vijfde maal de jaarlijkse benchmark ‘Verantwoord beleggen door Verzekeraars in Nederland’.

De VBDO is blij met de inspanningen die de verzekeringsbranche zich getroost om haar beleggingen te verduurzamen. Als branche komen de verzekeraars niet slecht uit de verf. Ze komen in de buurt van de pensioenfondsen die onder de grote, institutionele beleggers een voortrekkersrol innemen.

Achterblijvers

Toch dragen lang niet alle branchegenoten bij aan dat succes. Vooral de kleine verzekeraars blijven in de benchmark onderin hangen. “Dat is al zo sinds we de benchmark in 2010 startten. We zien de kleine spelers in de verzekeringsmarkt eigenlijk niet in beweging komen op het thema duurzaam beleggen”, aldus Giuseppe van der Helm. Van de kleine verzekeraars scoort bijna de helft minder dan twee uit vijf punten in de benchmark.

Het best scoren Zwitserleven, REAAL en ASR Nederland. Die eindigen in de benchmark op respectievelijk de eerste, tweede en derde plaats. Zorgverzekeraar Zorg en Zekerheid en Delta Lloyd hebben het hardst gewerkt aan verduurzaming van hun beleggingen. Ze vallen op door hun score in de benchmark met meer dan één punt te verbeteren.
vbdo_top10
Aanbevelingen

De beleggersvereniging doet in het rapport verschillende aanbevelingen om het beleggingsbeleid van de verzekeraars verder te verduurzamen. Zo pleit de vereniging voor een duurzaam beleggingsbeleid dat aansluit bij de maatschappelijke thema’s waar de verzekeringsmaatschappij voor staat. Een zorgverzekering kan bijvoorbeeld extra aandacht geven aan uitsluitingen of impact investeringen die zijn gerelateerd aan het thema gezondheid. Van der Helm: “Stakeholders zullen zich dan identificeren met de visie en activiteiten die de verzekeringsmaatschappij neemt. Het beleggingsbeleid kan zo een competitief voordeel leveren ten opzichte van andere verzekeringsmaatschappijen in de markt.”

De beleggersvereniging is niet ontevreden met de resultaten die de benchmark laat zien. Maar Van der Helm ziet ook nog veel ruimte voor nieuwe ambities: “We zijn er nog lang niet. Verzekeraars gebruiken bijvoorbeeld hun stemrecht en de directe dialoog nog veel te weinig als instrument om  invloed uit te oefenen op het beleid van de bedrijven waarin ze investeren. Bedrijven missen zo de steun van deze belangrijke aandeelhouders bij het verduurzamen van hun beleid.”

Green and social bonds

De VBDO heeft dit jaar voor het eerst onderzocht hoeveel verzekeraars investeren in zogenaamde green and  social bonds. Dat zijn onder meer leningen die worden ingezet om bijvoorbeeld in duurzame energie te investeren. Ongeveer 31 procent van de verzekeraars heeft green and social bonds in portefeuille. Maar de omvang blijft gering. In de meeste gevallen maken dit soort leningen minder dan een procent van de portefeuille uit.

Ook constateert de beleggersvereniging dat verzekeraars kansen laten liggen om duurzaamheidsinformatie mee te wegen in beleggingsbeslissingen. De onderzoekers spreken dan van ESG-integratie waarbij ESG staat voor de duurzaamheidsindicatoren ecology, social en governance. Bij staatsobligaties laat bijvoorbeeld 62 procent van de verzekeraars deze mogelijkheid onbenut.

Uitreiking

Het eerste exemplaar van het rapport wordt dinsdag 16 december uitgereikt door Giuseppe van der Helm aan Seada van den Herik (directievoorzitter van Zwitserleven).

Het onderzoek is mogelijk gemaakt door Oxfam-Novib
Download het onderzoeksrapport (engels, pdf)